Lords of Metal
Arrow Lords of Metal

Alcatraz festival in Sportpark Lange Munte, Kortrijk (BE) – 7 -10 augustus 2025

“Alcatraz weet de voordelen van kleinschaligheid optimaal te benutten en daardoor een net iets relaxtere festivalervaring te bieden dan de grote jongens”
Wat in 2008 begon als één dag met 1500 bezoekers, is anno 2025 uitgegroeid tot één van de grootste metal festivals in België. Met headliners Overkill, Kreator, Extreme en Machine Head vissen ze duidelijk in een kleiner vijvertje metalheads dan Graspop, maar ook daarmee kan je blijkbaar een festival mee uitverkopen zoals dit jaar voor het eerst bleek. Na een aantal jaren afwezigheid besloot ik dit festival ook weer eens aan te doen, dus op donderdagmiddag werd het autootje volgeladen en reden we, via de gevreesde ring van Antwerpen, richting Kortrijk. Hieronder een verslag van vier dagen metalen vertier.
20 augustus 2025 I Tekst: Jori van der Worp

Donderdag

Vandaag is de pre-party waarbij naast een aantal (thrash) metalbands ook wat tribute bands op het programma staan. Buurtbewoners uit Kortrijk en Zwevegem kunnen deze dag (gratis of tegen sterk gereduceerd tarief) ook het festival bezoeken en dus een dagje meegenieten van het evenement. Slimme zet, dit is een evenement wat linksom of rechtsom toch hinder oplevert voor buurtbewoners en op deze manier zet je jezelf als festival positief neer, scheelt vast een hoop geklaag. Tussen alle metal kuttes, shirtjes met dood en verderf en spikes, zijn nu dus ook cocktailjurkjes en nette blousjes te zien die vooral genieten bij tribute bands van bijvoorbeeld Status Quo.

Zelf ben ik door verkeersinfarcten en het pendelen naar het festivalterrein aan de late kant, en is het Evil Invaders waar ik mijn festival mee open. Voor de heren is Alcatraz een thuiswedstrijd en de tent staat dus ook al lekker vol. Onder leiding van oprichter en zanger/gitarist Joe heeft de band het publiek al in de houdgreep en van veraf kan ik de eerste moshpits al zien, net als de eerste crowdsurfers die het verbod trotseren. De combinatie van onnavolgbare snelheden en tempowisselingen en het snerpende gegil van de zanger is een heerlijke start van vier dagen metal madness. Tijdens de afsluiter ‘Slegdehammer Justice’ vallen nog een paar druppeltjes regen, de enige van wat verder een zonovergoten festival wordt.

De volgende band op mijn programma zijn thrash helden van weleer uit Nieuw York, Overkill kan vandaag als dagheadliner beschouwd worden als je het tribute band gedeelte niet meetelt. De band speelt een lekker diverse setlist die hun veertigjarige geschiedenis eer aandoet. Het is vooral ‘Ironbound’ wat indruk maakt, wat voor thrash standaarden een behoorlijk lang nummer is. Ook hier zijn weer veel die-hard fans te spotten, logisch met de line-up van deze dag wat een valhalla voor thrash liefhebbers is. Ook de band zelf speelt vlammend en dat we hier inmiddels met een groep zestigers te maken hebben valt geen seconde op. Als afsluiter kan de middelvinger de lucht in: “We don’t care what you say… FUCK YOU!”

Vrijdag

De ochtend kwam na een bijzonder slechte nachtrust, verstoord door het type asocialen wat meent op de festivalcamping de loeiharde nacht-DJ te moeten uithangen en dat uiteraard onder luid schreeuwen en mee “zingen”. Teringtyfus, wat heb ik daar toch een hekel aan. Beleef het festival lekker op je eigen manier hoor, als jij jezelf tot vijf uur ’s nachts het schompes wil zuipen om de volgende dag alleen maar bier te zuipen bij je tent en misschien voor één of twee bands naar het terrein te waggelen, doe vooral je ding. Maar hou godverdomme een beetje rekening met mensen die wél naar een muziekfestival komen voor de live muziek, én met mensen die (al dan niet door medische oorzaken) wat meer nachtrust nodig hebben dan jij. Muziekje erbij als je nog even wil naborrelen is natuurlijk leuk en gezellig, maar dat hoeft toch zeker niet op hetzelfde volume als op het festivalterrein?

Vandaag begint het festival dan toch echt en zijn de eerste bands aan de beurt op het hoofdpodium, de Prison stage zoals hij genoemd wordt. Het podium wordt ingewijd door Blaze Bayley, de oud-Iron Maiden frontman met de mannen van Absolva achter zich. Zo’n 1000 tot 2000 man is vroeg op de been voor deze metal veteraan die middels ‘Ten Seconds’ zijn optreden begint. Blaze geeft aan hoezeer hij zich vereerd voelt dit mooie festival te mogen openen. Het geluid wil nog niet echt meewerken, het zijn vooral basgitaren die we horen. In de loop van het optreden wordt het gelukkig beter en kunnen we naast zijn solohit ‘Silicon Messiah’ ook nog een aantal klassiekers van die ene band horen. ‘Wrathchild’ is een opvallende keuze, ode aan Paul Di ‘Anno misschien? Verder ‘Man on the Edge’ en ‘Futureal’ van de twee nog altijd controversiële Maiden albums met Blaze.

We belanden in de Swamp stage waar een groep met de naam Room 13 bezig blijkt te zijn. Op het moment dat we binnen lopen is de band bezig met een cover van ‘These Boots Are Made for Walkin’, nou ik veeg er mijn boots mee af zeg. Verder volgt na een hoop gelul nog een eigen nummer en een Motörhead cover, ‘Hellraiser’. Deze twintig minuten hebben mij allesbehalve benieuwd gemaakt naar de band. In die twintig minuten heb ik vijf minuten eigen werk gehoord, verder gelul en covers. Oh, en de abominabele zang zullen we er maar nier bij noemen?

Terug naar het hoofdpodium waar 3 Inches Of Blood begint. Het staat inmiddels lekker vol vooraan en de band heeft het publiek op de hand, een publiek wat erg blij lijkt de band eindelijk weer eens aan het werk te kunnen zien. Ze zijn er immers wat jaartjes tussenuit geweest, maar de Canadezen zijn sinds kort weer terug. De setlist wordt voor een groot deel gevuld met werk van ‘Fire Up the Blades’, en naast de vaste fanschare lijkt ook de nog wat slaperige “reguliere toeschouwer” niet vies te zijn van de scherpe en strakke moderne heavy metal. Het optreden wordt besloten met ‘The Goatriders Horde’. Hopelijk komt er over een tijdje ook weer eens wat nieuwe muziek van de hand van deze groep.

Ik neem even een pauze om wat te eten en te socializen, voordat ik mezelf naar de Swamp stage begeef om Winterfylleth te bekijken. De start van het optreden wordt helaas geplaagd door wat technische problemen, de show wordt er zelf even kort om stilgelegd. Gelukkig worden de problemen snel opgelost en kunnen we genieten van de zwartmetalen muren van geluid die deze fantastische band over ons uitstort. Ook hier niet alleen vaste fans, maar ook veel mensen die in de tent komen schuilen tegen de zon en ook zij lijken allemaal behoorlijk onder de indruk. Wel ontzettend irritant zijn de schermen die normaal gebruikt worden om de band op te projecteren. Alcatraz heeft de beslissing genomen om die alleen later op de dag in te zetten, en tijdens dit optreden blijven ze dan ook vrolijk flitsende reclames projecteren. En met de warme en trage lichtshow bij deze band zijn de flitsende en felle beelden van coca cola en marketingbureaus toch wel heel afleidend. Prima als je pas later begint met de schermen gebruiken, maar zet dan minstens even de reclames uit tijdens optredens want dit is vrij respectloos naar de bands die daar keihard staan te werken.

We nemen plaats op de tribune voor de volgende band, erg fijn dat er aan wat zitgelegenheid gedacht is voor het publiek! Op de Prison stage speelt Wednesday 13, wat een codenaam is voor Joseph Poole. Deze man is onder andere ook bekend van Murderdolls, waar hij ook twee nummers van brengt. Met Wednesday 13 speelt hij horroresque hardrock/metal met invloeden van stoner, muziek die niet heel complex of gelaagd is maar wel erg prettig in de gehoorgangen ligt. Ook het publiek van Alcatraz lijkt niet vies te zijn van de pakkende nummers als ‘Good Day To Be A Bad Guy’ en de charmant getitelde ‘I Love To Say Fuck’.

Eén van de populairste bands deze dag is Phil Campbell and the Bastard Sons, de band met oud-Motörhead gitarist Phil Campbell en zijn drie zonen, plus zanger Joel Peters (misschien niet ontoevallig ook oud-crewlid bij Wednesday 13). Ter ere van 50 jaar Motörhead bestaat vandaag de volledige setlist uit Motörhead materiaal. Via ‘Iron Fist’ en ‘Damage Case’ trapt het optreden af, en hier is het vast niet nodig om te vertellen dat het veld volledig uit zijn plaat gaat? Uiteraard is de allergrootste meezinger ‘Ace of Spades’, een nummer wat denk ik iedere bezoeker wel kent. Middels ‘Killed By Death’ (wat volgens mijn entourage klonk als “Killed by Jeff”) en uiteindelijk ‘Overkill’ komt deze ode aan Motörhead en Lemmy toch aan een eind.

Power metal is deze editie een beetje ondergesneeuwd in de line-up, maar ook in dit genre staan wel een aantal bands op de lijst. Zo is Wind Rose uit Italië nu aan de beurt op de Prison stage. Een groot liefhebber als ik ben van dit genre volg ik Wind Rose toch al tijden niet meer, in mijn bescheiden opinie zijn ze teveel een commerciële “one trick pony” geworden waarbij elk nummer hetzelfde klinkt. Dat een behoorlijk vol veld een andere mening is toegestaan is wel duidelijk, want er wordt volop meegezongen en gesprongen en boven het het publiek verschijnen opblaashamers en dito pikhouwelen. Ik hoopte zelf stiekem op wat ouder materiaal van de eerste drie platen, helaas werd daar niks van gespeeld. De alom bekende cover ‘Diggy Diggy Hole’ stond uiteraard wel op het menu. In september volgt een headline tour van de band.

De show van W.A.S.P. staat in het teken van het titelloze debuutalbum, wat inmiddels veertig kaarsjes heeft en vanavond in zijn geheel wordt opgevoerd. Een mooie gelegenheid voor de fans om eens wat stukjes te horen die normaal niet gespeeld worden. De fans lijken dan ook in hun nopjes en zelfs de wispelturige Blackie Lawless lijkt er vanavond zin in te hebben. Of alles wat hij daar op dat podium staat te doen werkelijk live is durf ik hardop te betwijfelen, maar hoe dan ook klinkt het allemaal weer heel aardig. Als afsluiters na de album opvoering zijn er uiteraard ‘Wild Child’, en ook nog ‘Blind in Texas’.

De slechte nachtrust begint zich te wreken, dus ik trek me even terug naar de camping. Even zitten met een bak koffie. Het grootste deel van Mastodon heb ik dus als achtergrondmuziek meegekregen. Eenmaal terug op het festivalterrein krijg ik de laatste twintig minuten nog mee, en ik zie dat ik heel wat gemist heb. De band heeft een inmiddels echt vol terrein volledig in de greep en er wordt naast een superstrak optreden ook een schitterende show met toffe visuals neergezet. Ik kan mezelf geen fan noemen van de band maar eerlijk is eerlijk, dit was zonder meer één van de beste optredens die dag. Het concert wordt besloten met een cover van Black Sabbath, ‘Sabotage’, als eerbetoon aan Ozzy. Mastodon kondigt aan volgend jaar met een nieuw album te komen, eentje om in de gaten te houden!

Ondanks dat Hypocrisy genre-technisch vandaag een beetje de vreemde eend in de bijt is, is de tent van de Swamp stage goed afgeladen. Deze duistere (melodic) death metal band rondom alleskunner Peter Tägtgren (ook Pain) gaat stiekem toch ook alweer dertig jaar mee, en vandaag krijgen we een setlist die mooi verspreid is over de daardoor erg rijke discografie. Peter neemt ons mee naar alle hoeken van het occulte. Schijnbaar moeiteloos switcht hij tussen alle mogelijke extreme geluiden in zijn strot en de zanger in mij is diep, diep onder de indruk. Nee, van de vermoeidheid een uurtje terug is weinig meer te merken!

Als afsluiter van de vrijdag zijn de Duitse thrash giganten Kreator gestrikt. De band laat er geen gras over groeien en begint direct met twee onsterfelijke klassiekers ‘Violent Revolution’ en ‘Enemy Of God’. Helaas weet de band de energie vandaag niet goed hoog te houden. Er vallen lange pauzes tussen nummers, zanger Mille glijdt af en toe vocaal weg en het optreden komt allemaal wat rommelig over. Na de openende klassiekers komt een deel in de set wat iets gewaagder is, met wat stukken die minder bekend zijn maar zeker leuk om eens te horen. En toch, het wil de heren vandaag op een of andere manier niet lukken. Halverwege dit optreden hou ik het voor gezien en dat is me toch nooit eerder gebeurd bij deze band. Zonde!

Zaterdag

De feestvierende idioten houden zich na de eerste nacht gelukkig een beetje in. Waarschijnlijk alle energie al verbruikt? Na een stuk betere nachtrust dan gisteren en een goeie bak koffie voel ik me weer helemaal klaar voor een nieuwe dag met muziek. Even een liter zonnebrand uitsmeren en op naar het festivalterrein!

Het is rond half twaalf al behoorlijk warm, en daarom nemen we plaats op de tribune die om dit tijdstip nog schaduwplekken heeft. Vanaf deze plek heb ik eersteklas uitzicht op Magic Kingdom, een creatie van gitarist Dushan Petrossi die ook bekend is van Iron Mask, wat ook dit een Belgische band maakt. Dit blijkt een prettig stukje melodische metal op te leveren wat de perfecte start van de dag is. Naast het gitaarwerk van Dushan ben ik ook erg onder de indruk van de drummer van deze band. Halverwege wordt ik echter afgeleid, als mij het nieuws bereikt dat de eerste namen voor volgend jaar bekend zijn. Ik kon direct de beslissing maken dat ik er volgend jaar weer bij ben!

De volgende band op de Prison stage is één van mijn favoriete bands van het hele festival. Myrath uit Tunesië speelt wat je nog het best kan omschrijven als oriental metal. Op dit tijdstip van de dag is het nog relatief rustig, dus ik loop met gemak door tot bijna de voorste hekken. De band maakt er een behoorlijke show van, compleet met danseres die zich van fakkels en waaiers bedient en in Oosterse stijl over het podium beweegt. Die dansjes kan je trouwens erg goed nadoen als je in plaats van waaiers twee lege blikken energydrank hebt, zo bewees een Franse dame voor mij. Met mij is een enkeling de teksten aan het meebrullen, maar het gros van het publiek staat gewoon heerlijk te genieten of mee te dansen, ja zelfs de stoere metalmannen kunnen dansen bij deze band! De setlist is rijk gekozen over de discografie, maar uiteraard is ‘Believer’ de afsluiter en hierbij wordt het publiek nog aan het werk gezet met een canon.

De prison stage gaat door met nóg een van mijn favorieten dit festival, Evergrey staat klaar om de glimlach op mijn gezicht nog wat breder te trekken. De band begint met twee stukken van het nieuwste album ‘Theories of Emptiness’ om daarna wat verder door de discografie te trekken. Een rap groeiend publiek staat mee te genieten met de mooie melodische metal van Tom Englund en de zijnen, een optreden wat vergezeld wordt door fraaie visuals op het lichtscherm. Het oudste album wat we vandaag te horen krijgen is ‘The Inner Circle’ met ‘A Touch Of Blessing’. Met afsluiter ‘King of Errors’ is het optreden ruim vijf minuten vroeger afgelopen dan het tijdschema aangaf. Jammer, maar het geeft me wel de kans om nog wat anders mee te pakken.

Op de Helldorado stage is Ne Obliviscaris bezig, en de overlap van deze fantastische band met Evergrey heeft me een nieuwe kale plek opgeleverd toen de running order werd gepubliceerd. Dus nu in een rap sprintje naar de Helldorado tent zodat ik nog tien minuutjes kan meepakken. En dat waren tien erg prettige minuten, want wat is het toch genieten van de rijke muziek van deze Australiërs. ‘And Plague Flowers the Kaleidoscope’ sluit het optreden af, waarbij zanger Tim de viool ter hand neemt. Hopelijk kan ik snel weer eens een volledige show van deze band zien, want oh hoe dit naar meer smaakt!

We blijven even rustig rond dit deel van het festival hangen en dus krijgen we ook de volgende band in de Helldorado stage mee. Rivers of Nihil speelt een deftige pot technische death metal. Naast de vaste fans die voorin te zien zijn, staan er ook veel mensen te schuilen voor de vandaag genadeloos brandende zon en die de band hier leren kennen. Ik was dus niet de enige die met verbazing stond te kijken toen er ineens een saxofoon tevoorschijn kwam, die zie je toch niet vaak in de metal!

Ook de Denen van Vola spelen in deze tent en hier pakken we ook een stukje van mee. Deze band is een stuk lichter dan de meeste andere bands op het festival, en het is stuivertje wisselen of het überhaupt als metal geclassificeerd kan worden. Nouja zo niet, moet dat ook wel een keertje kunnen. We hebben hier te maken met muziek die elementen uit de progressieve rock en de djent leent, en er niet voor terugschrikt om hun instrumentgeluid en vocalen flink te vervormen. Dit geeft een prettige sound waar je heerlijk dromerig in kan verzuipen. Nee, dit is niks voor de liefhebbers van moshpits, maar een erg prettige afwisseling op al dat gitaargeweld is het zeker. Ook de zanger van Ne Obliviscaris komt een deuntje meedoen met dit concert.

Er is een nóg kleinere tent dan de Helldorado op Alcatraz, en dat is de La Morgue stage en de eerste band die ik hier kom bekijken is Holy Mother. Deze traditionele heavy metal band heeft zijn hoogtijdagen beleefd in de nineties, maar is sinds een aantal jaar toch weer actief. Zonder meer te prijzen aan het optreden is dat ze zich niet vastklampen aan hun repertoire uit vergane tijden, maar zich focussen op de nieuwste albums. Ook twee covers komen voorbij, ‘Holy Diver’, waarin zanger en enig overgebleven bandlid van het eerste uur Mike Tirelli een mooie ode aan Dio brengt. De andere cover is van Mike’s andere band, Messiah’s Kiss. Hopelijk zien we die groep ook weer een keertje op de festivals. Wel een domper is het geluid, maar dat schijnt permanent slecht te zijn op dit podium als ik anderen zo mag horen.

Op de Prison stage is het de beurt aan de queen of metal, Doro komt ons in België overtuigen dat ze er niet alleen voor de Duitse metalheads is. Wat direct opvalt is haar onverminderd en onaflatend enthousiasme. Veertig jaar zo goed als dezelfde set zingen en dit nog steeds zo vlammend brengen, ongelofelijk. Nouja, bijna dezelfde set dan. ‘I Rule the Ruins’ is namelijk naar plek twee geschoven, waarbij het optreden wordt afgetrapt met ‘Raise Your Fist in the Air’. Ook het mooie ‘Für Immer’ staat nog altijd op de rol, evenals de Judas Priest cover ‘Breaking The Law’. Een support slot bij Judas Priest heeft Doro met haar Warlock indertijd namelijk het pad naar glorie opgeleverd. En moet ik er nog bij vermelden dat de set netjes werd afgesloten met ‘All We Are’?

Op de La Morgue staat tussen de bedrijven door The Night Eternal. Tien minuten heb ik het volgehouden en geprobeerd iets anders dan drum en bas te horen, maar dit heb ik dus uiteindelijk maar op moeten geven. Jammer, want naar deze band heb ik toch best wel uitgekeken.

Als verslaggever voelde ik me toch wel verplicht om de dagheadliners mee te pakken, en dat was in dit geval Extreme. Op het gemakje wacht ik op de tribune af wat er komen gaat, en te oordelen aan het veld zit de gemiddelde Alcatraz bezoeker nou niet echt te springen om deze Amerikaanse AOR mannen. Ze zijn hier natuurlijk ook vooral bekend om dat ene nummer en zo’n geweldige liveband is dit echt niet. De show loopt dan ook vrij hakkelend en de response uit het publiek lijkt zelfs vooraan meer uit beleefdheid dan uit enthousiasme te komen. Waarom je tussen eindeloze gitaarsolo’s trouwens ook nog een nummer van Queen (‘We Will Rock You’) wil plakken als je zelf ook ruim veertig jaar aan repertoire hebt is mij overigens een raadsel. Na de top-2000 hit ‘More than Words’ loopt de boel dan ook rap leeg. Ook ik houd het niet veel langer vol, al is het maar omdat Candlemass zo gaat beginnen. Een behoorlijk gemiste kans om op een headlinerslot een paar van die over het paard getilde Amerikaanse rockers neer te zetten terwijl bands als Gojira en Opeth ook met festivaltours bezig zijn. Later komt me nog wel ten gehore dat de band nog een schitterende tribute medley aan Ozzy heeft gespeeld, gitarist Nuno Bettencourt heeft namelijk nog meegespeeld bij het Back to the Beginning concert.

Dan maar snel richting de Swamp stage, want daar is Candlemass bezig met het vieren van hun veertigste verjaardag. De band is nog maar net begonnen en het is mij alweer duidelijk waarom we deze groep al veertig jaar op handen dragen. De combinatie van de trage en loodzware riffs met de diepe en theatrale stem van Johan Langquist maakt dat een optreden van Candlemass iets is waar je nooit genoeg van krijgt. De focus van het optreden ligt vanwege het jubileum op het oudste werk, van zowel de eerste en de tweede plaat worden drie nummers gespeeld, maar met ‘Sweet Evil Sun’ komt er ook een nieuw nummer voorbij. Wat mij betreft op naar de volgende veertig, maar leeftijd-technisch is dat misschien een beetje veel gevraagd.

Het Zweedse horrogezelschap Avatar speelt dit jaar slechts één festivalshow, en dat is bij ons op Alcatraz. Ik ben de band sinds het voor mij tegenvallende album ‘Avatar Country’ een beetje uit het oog verloren, dus ik ben erg benieuwd waar de heren vandaag mee komen. Het showelement zijn ze nog niet verleerd, zoveel wordt wel duidelijk als iemand een rode doos op het podium komt zetten. De doos wordt opengemaakt en daar is de freak-kop van zanger Johannes, briljante grap en heerlijke toonzetter! Het optreden wordt afgetrapt met ‘Dance Devil Dance’ en ‘The Eagle has Landed’. Hierna belooft Johannes het podium helemaal af te breken vanavond. Dat hij hiermee het demonstratief omdonderen van zijn microfoonstatief bedoelde werd ons drie seconden later duidelijk, en uiteraard heeft hij wel een roadie nodig om hem weer op te rapen. Het optreden gaat door en tot mijn grote vreugde komt ‘Bloody Angel’ ook nog langs, verstopt in een rits nieuwere nummers die ik dus nog niet kende. De combinatie van theater, veel humor en toch nog op hoog niveau musiceren maakt deze band erg uniek in de metalwereld, en veel lolbands zoals Alestorm zouden hier nog een aardige les uit kunnen trekken. Voor ‘Colossus’ wordt een aparte drumkit opgebouwd zodat drummer John (nog de King bij het album ‘Avatar Country’) voor twee nummers staand drumt vooraan het podium. Onder de oksels van Johannes it ‘Smells Like A Freakshow’ en daarna wordt traditioneel met ‘Hail the Apocalypse’ afgesloten. Zonder meer één van de beste optredens van het hele festival! Het is hierna helaas wel héél erg druk in de tent, en daarom besluit ik de energie maar te sparen voor morgen en Obituary een keertje aan me voorbij te laten gaan.

Zondag

Het is ontwaken op een camping die al aardig leeg aan het raken is. Veel bezoekers brengen hun tent en toebehoren alvast richting de auto, om daarna een laatste dag te genieten en direct na het festival te vertrekken. Dit is ook ons plan, maar niet voordat we eerst een aantal bandjes hebben bekeken.

De Prison stage wordt vandaag geopend door Majestica, de Zweedse power metal groep rondom zanger/gitarist Tommy Johansson (ex-Sabaton). Hier is al heel wat publiek vroeg voor op de been gekomen, en dat publiek vermaakt zich uitstekend met de eenvoudige doch tot in de puntjes uitgevoerde power metal van voornamelijk het nieuwste album ‘Power Train’. Nog niet iedereen is wakker, en onder de categorie slapers zit dit keer ook de geluidstechnicus. De afstelling van instrumenten is wel erg in het voordeel van de basgitaar, en tijdens de samenzangstukjes worden de juiste microfoons veel te laat opengedraaid. Ondanks deze audio-technische domper is dit een vermakelijke opening van de laatste dag Alcatraz.

En dan loopt het veld rap nog een stuk voller voor Flotsam & Jetsam. Deze band heeft de line-up ook wel erg mee, want zelfs voor Alcatraz-begrippen staat er een opvallende hoeveelheid thrash op het menu. De focus ligt vandaag op het oudste materiaal en de eerste twee albums nemen dan ook het leeuwendeel van de setlist in beslag. Dit blijkt ook voor de jongere fanschare geen straf te zijn, want aan moshpits en crowdsurfers geen gebrek. Dat ondanks het nog redelijk vroege tijdstip en de verzengende hitte. Opvallend dat er helemaal niks van het nieuwste album ‘I Am the Weapon’ langskomt, terwijl de tour juist de naam van dit album draagt. Nouja, dit is dan ook zo’n band waarbij het niet uitmaakt wat ze spelen, het is hoe dan ook altijd vet!

Dit is het moment dat wij onze kampeerspulletjes in de bolderkar laden en het boeltje in de auto gaan leggen, dan ook maar direct even lunch halen buiten het terrein. Het is dus pas op Fear Factory dat ik weer voor de Prison stage te vinden ben, en dit had ik ook zeker niet willen missen! Een ramvol veld is direct volledig in de greep van deze fantastische industrial metal act. Ook deze band viert een verjaardag, dertig jaar van het roemruchte album ‘Demanufacture’, wat bijna in zijn geheel wordt opgevoerd. Dat betekent een feest der herkenning voor de fans met stukken als ‘Replica’, ‘Self-Bias Reactor’ en ‘New Breed’ (waar ik sinds jaar en dag alleen maar “grote tietuh” in kan horen in plaats van ”born, breed, beaten”). Geen seconde is hier te merken dat dit alweer dag vier is inclusief de pre-party, de enorme energie die de band hier uit het publiek weet te toveren is minstens even indrukwekkend als de prestatie van de band zelf. Eén van de beste optredens deze dag, zonder meer!

De volgende act die op de Prison stage op de proppen komt is de nieuwe band rondom Slayer-gitarist Kerry King. Uiteraard trekt alleen de naam Slayer al een heel veld vol, gelukkig niet ook het traditionele kutpubliek wat alleen naar Slayer komt omdat het Slayer is, het blijft dus gezellig op het veld. Die gezelligheid ligt niet aan de prestaties van de band van vandaag, want die zijn beneden het pijl wat ik van deze superervaren muzikanten mag verwachten. Het is eerlijk gezegd gewoon een puinzooi en na een nummer of vijf geloof ik het eigenlijk wel weer. Slayer mag dan nooit mijn ding zijn geweest maar eerlijk is eerlijk, die band speelde wel altijd retestrak en dit hing van de fouten aan elkaar.

We zijn dus goed op tijd in de tent van de Swamp stage, scheelt ook weer een nieuwe laag zonnebrand. Daarbij kunnen we ons van eersteklas plaatsen verzekeren voor het optreden van Borknagar. De Noren zetten een geweldige prestatie neer en zuigen de volledige tent mee in hun zeeën van geluid. De dromerige atmosferische metal staat in schril contrast met de rest van de line-up vandaag en het is dan ook heerlijk om even ontspannen te genieten van de schitterende atmosferische black metal .Van de tragere stukken is ‘Voices’ enorm indrukwekkend, maar ook het snellere en hardere materiaal staat als een huis. Het optreden wordt in stijl afgesloten met ‘Winter Thrice’ en wordt naast Fear Factory dat andere hoogtepunt van de dag.

Even wat calorieën scoren voor we verder gaan, en zo is het dat ik van Michael Schenker alleen de laatste twintig minuten meekrijg. De groep is net bezig met ‘Rock Bottom’, want vandaag staat het UFO repertoire in de schijnwerpers. Schenker heeft zich met zanger Erik Grönwall (ex-Skid Row), toetsenist Derek Sherinian (ex-Alice Cooper, ex Dream Theater), drummer Brian Tichy (Whitesnake) en bassist Barry Sparks van UFO verzekerd van een indrukwekkende band. De aandacht ligt vandaag toch vooral op Schenker zelf, met eindeloze gitaarsolo’s weet hij vooral de gitaristen in het publiek aan zijn lippen te houden. Als afsluiter werd ‘Too Hot To Handle’ opgedragen aan twee overleden UFO muzikanten, Paul Raymond en Pete Way.

We duiken weer even de tent in voor Cult of Luna. Deze duistere post-sludge spelende Zweden openen een avondje vol met duistere en black metal en tent en festivalterrein zijn intussen ook flink gevuld met zwart geverfde haren en bleek geschminkte gezichtjes. De set van vandaag bestond voornamelijk materiaal van ‘Vertikal’ en ‘Eternal Kingdom’, een periode die door veel fans als hoogtijdagen van de band wordt gezien. Het is dus ook weinig verrassend dat de tot de nok gevulde tent zich uitstekend vermaakt op de loodzware muziek van deze toch redelijk unieke band. Ook de dikke lichtshow in de duistere tent draagt bij aan de uitstekende sfeer.

Het optreden van Dimmu Borgir begint ruim tien minuten te laat vanwege wat een aantal problemen met het geluid blijkt te zijn. Inmiddels is de zon achter de horizon verdwenen en is de schemer op het veld de ideale setting voor deze black metal groep. Het meer mainstream succes wat deze band heeft, maakt dat dit van “de echte true, kvlt en frostbitten black metalhead” geen black metal meer genoemd mag worden, maar er is geen ontkennen aan dat dit de best bezochte occulte band van het festival is. Na de verlate start tekent zich een leuke setlist af waarin oud en minder oud materiaal afwisselend worden gebracht. De technische problemen zijn helaas nog niet opgelost; de microfoon van zanger “Shagrath” (naar een ork uit Lord of the Rings) valt er geregeld uit, de mix lijkt van geen kanten te kloppen en halverwege de show knalt zelfs de volledige PA eruit waardoor we alleen nog heel zachtjes het monitorgeluid kunnen horen. Hoe dit bij zo’n grote band, met zo’n professionele festivalcrew en met de staat van de techniek anno 2025 nog kan gebeuren is mij overigens een raadsel. De band speelt echter stug door en leunt op hun jarenlange ervaring en professionaliteit. Zo wordt uiteindelijk de show nog gered en kan nog afgesloten worden met ‘Progenies of the Great Apocalypse’ en ‘Mourning Palace’.

In de tent gaat het feest in stijl door want het is de beurt aan Emperor, de minder bekende land- en genregenoten van Dimmu Borgir. Juist door deze muzikale en geografische overlap is er ook een groot overlap in fanschare en de tent stroomt dan ook snel vol. Omdat deze band al meer afsluitingen en reünies heeft gehad dan dat ze kerken in de hens hebben gestoken, zijn ze in meer dan dertig jaar niet voorbij vier studio-albums gekomen waarvan de laatste uit 2001. Dat dit materiaal nog altijd wordt gekoesterd door de trouwe fanschare blijkt vanavond wel. De PA begint bij dit concert tegen zijn limieten aan te lopen, en het geluid gaat dan ook geregeld over de nek. Desondanks is het prettig verzuipen in de hysterische black metal van deze culthelden in het genre. Een vermakelijk optreden weer, hoewel deze band echt eens met nieuwe muziek moet komen om nog serieus genomen te kunnen worden.

De headliner van de laatste avond is het roemruchte Machine Head, en ondanks dat het festival naar zijn eind toe aan het lopen is staat het veld nog bommetje vol. Als introtape is gekozen voor ‘Ozzy’s Diary Of A Madman’, waarna de band middels ‘Imperium’ het podium neemt. Rob Flynn heeft het publiek direct bij de strot en neemt ons mee op een bloemlezing door ruim dertig jaar repertoire. Op het infameuze ‘Catharsis’ album na is iedere periode van de band vandaag vertegenwoordigd en een retestrakke band, ondersteund met indrukwekkende vuurshow, maakt direct duidelijk waarom deze groep een terechte headliner is. Uiteindelijk wordt ‘Darkness Within’ opgedragen aan Ozzy, na een prachtige toespraak van Flynn over wat Ozzy en Black Sabbath voor hem en voor onze muziek heeft betekend. Uiteindelijke afsluiter lijkt ‘Davidian’ te zijn, maar uiteraard kan Machine Head ons niet verlaten voordat ze ons hebben getrakteerd op een zinderende versie van ‘Halo’. Het resterende beetje energie wat ik heb overgehouden voor Rotting Christ vervliegt helaas zodra ik zie wat voor enorme massa zich daarvoor in de tent ophoopt. We besluiten eieren voor ons geld te kiezen en Alcatraz 2025 voor ons met Machine Head te laten eindigen.

Het festival

Groots in kleinschaligheid

Met dit jaar voor het eerst de tekst “uitverkocht” op de website, is het duidelijk geworden dat Alcatraz voor steeds meer metalheads een interessant festival is. Na hier zelf drieënhalve dag te hebben rondgelopen, weet ik heel goed wat hier de redenen achter zijn. De zondag was de drukste dag met 18000 bezoekers, dit is een heel andere orde van grootte dan festivals als Hellfest, Wacken of Graspop, die vele malen groter zijn. Met dit jaar headliners als Machine Head, Kreator en Extreme kan Alcatraz zich qua line-up misschien niet meten aan die grote jongens waar dit jaar Iron Maiden, Guns ’n Roses en Linkin Park stonden, maar dat maakt het absoluut geen mindere ervaring. Integendeel, juist door in het vijvertje van de subtop te vissen trek je een publiek met meer doorgewinterde metalheads en noem me een betweterige gatekeeper, maar de sfeer op Alcatraz is daardoor zoveel gemoedelijker dan op Graspop. Andere voordelen van de relatieve kleinschaligheid zijn er ook. Ons tentje stond dit jaar helemaal achteraan op de camping, dus wij moesten het verst lopen van alle bezoekers en raad eens: we liepen alsnog in een kwartier van de tent naar de podia. Daar ben je op Graspop gemiddeld zo een half uur mee bezig en op Wacken (met auto’s naast de tenten) soms wel drie kwartier tot een uur. Ondanks dat het op deze uitverkochte editie later op de dag erg druk was bij de tent stages, kon iedereen alle bands meepakken die het hartje begeerde. Tussen podia lopen ben je nog geen vijf minuten mee bezig en nergens de gigantische schuifelende files die je kent van de massale festivals. Bij het hoofdpodium staat een vrij toegankelijke tribune, recht onder de VIP tribune, waar iedereen die dat wil even rustig zittend een band mee kan pakken. Ook wordt het niet moeilijk gedaan over het meenemen van een eigen stoeltje naar het festivalterrein. Kortom, Alcatraz weet de voordelen van kleinschaligheid optimaal te benutten en daardoor een net iets relaxtere festivalervaring te bieden dan de grote jongens.

Vocht en voer

Eten en drinken wordt overal rap duurder, dat zal ook de fervente festivalbezoeker niet zijn ontgaan. Op Alcatraz viel het voor festivalstandaarden alles mee. Voor €3,40 per muntje (prijs op festivalterrein) was je hier 40 cent goedkoper uit per drankje dan op landgenoot Graspop. Aan het begin van het festival krijgt iedere bezoeker twee statiegeldmuntjes, die je voor bekers kan gebruiken. Wil je niet de hele tijd met een lege beker lopen, wissel hem in voor een nieuw statiegeldmuntje bij één van de statiegeldpunten of barren. Eten is ook vriendelijk geprijsd en ook over de kwaliteit heb ik niks te klagen. Natuurlijk zijn er de grote jongens die massaproductie friet, hamburgers, pizza’s en döner verkopen met prima kwaliteit voor relatief goede prijzen, maar er zijn ook kleinere standjes die (voor iets meer muntjes per calorie) luxere producten aanbieden zoals pokébowls en allerlei pasta’s. Voor zowel de vleesliefhebbers, vegetariërs als omnivoren was er dus voldoende om uit te kiezen.

Camping en parkeren

De camping wordt bij Alcatraz beheerd door een aparte organisatie. Dit betekent dat je dus aparte campingtickets moet kopen voor zo’n €20 per persoon. Je kan hier tegen meerprijs kiezen voor extra luxe zoals een vriendenplaats, kamperplaatsen of vooraf opgezette tenten met stroom. Het nadeel van de aparte organisatie is wel dat de camping uitverkocht kan raken zonder dat het festival uitverkocht is, iets om op te letten als je overweegt volgend jaar te gaan. Van een groot parkeerterrein in Kortrijk wordt je met shuttlebussen naar de weg vlakbij de camping gebracht. Dit is top geregeld want er is plek zat voor bagage en er rijden er genoeg. Bij Graspop heb ik ooit eens anderhalf uur op een bus moeten wachten, bij Alcatraz nooit langer dan 5 minuten! Op de camping is een uitgebreid ontbijtbuffet bij te kopen, maar toen ik op vrijdagochtend langs die rij liep was ik toch heel blij dat ik daarvoor gepasseerd heb. Kritische noten wel op toiletten en douches, die waren allemaal geconcentreerd op één plek. Hier deed de hele camping de behoefde en met niet altijd naadloos aangelegde afvoer deed de lucht hier denken aan de diepste krochten van de hel waar black metal bands hun inspiratie uithalen. Er was één apart toiletblokje voor het achterste deel van de camping, maar vooral vrouwelijke bezoekers waren onaangenaam verrast dat deze ’s avonds en ’s nachts ineens dicht ging. De heren zochten de plaskruizen (of de hekken) wel op, maar de dames moesten voor een nachtelijk plasje dus ineens een behoorlijk eind lopen. Gelukkig hebben ze na klachten dit blokje de latere nachten toch opengelaten. Ook het niet aanbieden van drinkwater op de camping is bedenkelijk, zeker als je pas na een dag de betreffende stickers plakt bij kraantjes waaruit al duizenden liters zijn gedronken. En ik wil het toch nog een keer benadrukken: Als je regels stelt over partytenten en geluid enzovoorts, handhaaf ze dan of stel ze gewoon niet.

VIP kaarten

Zoals ieder jaar verkocht Alcatraz ook dit jaar weer VIP kaarten die toegang gaven aan een apart deel van het festival met overdekte tribune, lounge en buffet. Dit voor ruim €200 bovenop de gewone ticketprijs. Alcatraz vindt dus dat een hypotheekadviseur een betere metalhead is dan een conciërge, ja zo zwart-wit kijk ik hier tegenaan. Metal is muziek van “de gewone mens” die zich juist afzet tegen verrijking en privileges van de rijken, lees de gemiddelde tekst van menig thrash bandje er maar eens op na. VIP tickets gaan hier, samen met andere elitaire zaken als golden circles en betaalde meet & greets, rechtstreeks tegenin en zijn dus gewoon niet in de gedachte van metal. Als je er een beetje op let, zie je het hele festival dezelfde gezichten op de VIP tribune. Dat zijn dus heel wat mensen die zich niet of nauwelijks op het echte festival begeven, moet je zo’n tweedeling nu echt willen? Zoals Lemmy altijd zong: Eat the rich!

Vooruitblik

Ondanks dat ik wat verbeterpunten kon benoemen, heb ik mezelf uitstekend vermaakt op Alcatraz festival. Dat brengt ons naar de vooruitblik voor 2026, want gaat deze meneer nog een keer? Gedurende het festival werden de eerste namen voor 2026 al gepresenteerd, dat is nu eenmaal een beetje de trend van tegenwoordig. Als ik namen als Powerwolf, Slaughter to Prevail en Savatage zie staan, twijfel ik er niet aan dat het festival volgend jaar weer uitverkoopt. Powerwolf is een gigantisch populaire band bij veel leeftijdscategorieën, en zal ook zeker de Duitsers weer richting Kortrijk lokken. Slaughter to Prevail is ook een enorm populaire band onder de veelal jonge liefhebbers van nu metal, en de recente reünie van Savatage zal de traditionele metalheads naar het festival brengen. Ook verder naar onderen op de voorlopige poster is voor elk wel wat wils te vinden. De pre-party van de donderdag lijkt ook een blijvertje, dus Alcatraz 2026 zal weer drieënhalve dag duren en daarvoor is de prijs van €235 voor een regulier combiticket heel degelijk. En daarbij is er de groep metalheads die weet dat Alcatraz gewoon een heerlijk festival is en dit los van de line-up meenemen in het invullen van hun festivalkalender. De kaartverkoop loopt dan ook al hard, alle early birds voor zowel reguliere als VIP combikaarten zijn de deur alweer uit. Ook ik heb mijn conclusie al wel getrokken, dus tot volgend jaar bij Alcatraz 2026!