Lords of Metal
Arrow Lords of Metal
Tony Mitchell – Church Of A Restless Soul
AOR Heaven
Release datum: 28 augustus 2020
“Uiteindelijk kun je twee conclusies trekken. Of Mitchell laat zich niet inperken door stijlen óf hij kan niet besluiten welk genre hem nu het meest na aan het hart ligt.
7/10
Wim Rueter I 25 augustus 2020

Tony Mitchell maakte de meeste faam mee in de jaren negentig als zanger van de Engelse band Kiss Of The Gypsy. Wereldberoemd in eigen land. Hierna werkte Mitchell samen met namen als Rick Wakeman, Alice Cooper en Alan Parsons Project. In 2018 bracht hij zijn eerste soloplaat uit, getiteld ‘Beggars Gold’. De reacties hierop waren positief en nu in 2020 komt het tweede album ‘Church Of A Restless Soul’ uit.

Wat meteen duidelijk wordt aan het einde van het album is dat Mitchell dertien nummers geschreven heeft met een diversiteit aan stijlen. Bij opener ‘Church Of A Restless Soul’ druipt de gospel er vanaf en wordt er een kamerbreed gospelkoor in stelling gebracht. Dat gospelgevoel keert nog even terug in de wat langdradige ballad ‘I Believe In Angels’. Om in het volgende nummer ‘Living On The Run’ net zo makkelijk volgens de beproefde Bon Jovi formule een arena rocker te lanceren. In ‘The Mighty Fall’ horen we de bekende stem van Danny Vaughn (Tyketto) voorbij komen. Ook het zeer stevige, bijna metalachtige, genre wordt niet onaangeroerd gelaten met het bombastische ‘Killing Me To Love You’. Dat weer wordt opgevolgd door het radiovriendelijke ‘Never Wanted Love’ dat sterk aan de succesdagen van Whitesnake doet denken.

Uiteindelijk kun je twee conclusies trekken. Of Mitchell laat zich niet inperken door stijlen óf hij kan niet besluiten welk genre hem nu het meest na aan het hart ligt. Uiteindelijk blijft de luisteraar met een album achter die je als een mixed bag kunt beschrijven. Waarschijnlijk voor ieder wel wat interessants terug te vinden. Mijn gevoel aan het einde van het album is net zo verdeeld als de muziekstijlen op ‘Church Of A Restless Soul’, maar kwalitatief valt er niets aan te merken op het materiaal en het sterke stemgeluid van Mitchell.