Brutus – Unison Life
Hassle Records / Sargent House
Release datum: 21 oktober 2022
“Als die overslaande galmende stem je niet stoort (en waarom zou het, voorbeelden te over van megagrote bands met zangers die welbeschouwd niet echt goed zingen) dan struikel je op ‘Unison Life’ over de juweeltjes”
Jan Simon Hoogschagen I 23 december 2022
Voor Brutus, het Vlaamse powertrio rond zingende drumster Stefanie Mannaerts, schieten bij onze zuiderburen de superlatieven te kort. De conclusie van alle barokke bewoordingen is steevast dat Brutus het beste is wat er op dit gebied in België rondloopt qua heavy rock – en dat wil wat zeggen, de concurrentie is moordend.
Toch wil het iets noordelijker, vanaf pak hem beet Hazeldonk, nog niet echt lukken met deze band en de vraag is of ‘Unison Life’, het derde studio-album van Brutus dat deze herfst via Sargent House op de wereld werd losgelaten, daar iets aan gaat veranderen. Niet omdat het zo’n beroerd album is, integendeel. ‘Unison Life’ is van het zelfde laken een pak als de eerdere twee platen, hooguit nóg uitgesprokener en indrukwekkender; de vraag is dus of het dit keer wel gaat lukken Nederland net als Vlaanderen als een blok te laten vallen voor Brutus.
Misschien is het grote probleem van Brutus dat ze absoluut niet in een hokje passen. De muziek is post-hardcore met stukjes punk, shoegaze, post-metal en zelfs pop met de kenmerkende – en het moet gezegd worden niet direct suikerzoete – stem van Mannaerts als ankerpunt. Daaromheen gebeurt van alles, in elk nummer opnieuw. ‘Unison Life’ begint ingetogen met het zweverige ‘Miles Away’ en juist als je op zoek gaat naar vergelijkingsmateriaal (Tori Amos, Björk, Cocteau Twins en dergelijke) barst het geweld los in ‘Brave’. Alsof Brutus uit minstens twee trio’s bestaat, zo groots en massaal klinkt deze band. Tegelijkertijd valt op hoe goed de samenstellende delen terug te horen zijn in de mix. De machtige middenrif vergruizende baslijnen van Peter Mulders stuwen iedere song vooruit en het drumwerk van Stefanie Mannaerts is op een eigenaardige manier zowel chaotisch als minutieus precies. De roffels versnellen en vertragen en vliegen alle kanten op, nog net niet uit de bocht. Daaroverheen duelleert de gitaar van Stijn Vanhoegaerden, vaak een wall of sound van shoegaze tremolo die ineens kan omslaan in donderende powerchords, met de doordringende zang die zoals gezegd zo kenmerkend is voor Brutus. Stefanie Mannaerts is geen geschoolde zangeres die moeiteloos een hoge c zingt en aanhoudt. Het is een cliché als gezegd wordt dat je pijn en verdriet in iemands stem kunt horen, maar bij Mannaerts kun je je er iets bij voorstellen, al is het meer alsof ze net haar vingers tussen de deur heeft gehad. Dat is misschien flauw, maar als die overslaande galmende stem je niet stoort (en waarom zou het, voorbeelden te over van megagrote bands met zangers die welbeschouwd niet echt goed zingen) dan struikel je op ‘Unison Life’ over de juweeltjes. Het samenspel op ‘Liar’ is al bizar goed, maar in het er direct op volgende ‘Chainlife’ wordt de lat nog hoger gelegd. Beukende bassen, genadeloze gitaarriffs en een drummer die er op de een of andere manier in slaagt om te zingen en een quasi blastbeat eruit te persen – tegelijkertijd. Een kunstje dat Stefanie Mannaerts in het slotnummer ‘Desert Rain’ nog eens herhaalt. En alsof dat al niet bijzonder genoeg is bestaat het nummer ook nog eens uit verschillende secties – een snelle opening, een ingetogen middenstuk en een finale waarin alles weer samenkomt. In amper viereneenhalve minuut. Ik begin steeds beter te begrijpen waarom de Vlamingen hier mee weglopen en steeds minder waarom wij dat hier zoveel minder doen.
‘Unison Life’ is een muzikale achtbaanrit, een opwindende stoot adrenaline. Of een keiharde suckerpunch recht in de maagstreek die je naar adem doet snakken. Misschien wel allebei tegelijk. In ieder geval is duidelijk dat de Belgen gelijk hebben, ze hebben daar weinig rondlopen dat net zo goed is, laat staan beter.