Lords of Metal
Arrow Lords of Metal

Yes in Musis Sacrum, Arnhem – 17 mei 2024

“Davison kwam erbij zitten en ik was erg benieuwd of hij hier de geest van Jon Anderson zou kunnen vertegenwoordigen. En dat deed hij.
Al vaker geschreven en nog steeds geldig; in de wereld van Yes is het zelden saai. Inmiddels is er nog maar 1 band actief als Yes, ook al zit geen enkel origineel lid meer in de line up. Met een nog redelijk nieuw album in de tas verwelkomde een goed gevulde Musis Sacrum in Arnhem de Britse grootheid der progressieve rock.   
22 mei 2024 I Tekst en fotografie: Winston Arntz

Hoewel ik maar een luttele 20 kilometer van Arnhem woon en ook wel regelmatig ter concert daar ga was ik niet eerder in de Musis Sacrum. Een mooie, klassiek aandoende zaal in het centrum van de stad. Yes trad daar aan in de bezetting van Steve Howe (gitaar), Billy Sherwood (bas), Jon Davison (zang), Jay Schellen (drums) en Geoff Downes (keyboards) onder de noemer Classic Tales Of Yes. Een indirecte hint naar het veel besproken dubbelalbum ‘Tales From Topographic Oceans’ dat de band op hun hoogtepunt van eigenzinnigheid bracht in 1973. Ja, 51 jaar geleden. Op dat album zeer indrukwekkend mooie muziek maar ook veel ‘gepiel’. Kom ik zo op terug.
Na het intro van Benjamin Britten (en niet meer Stravinsky) startte de avond met het machtige ‘Machine Messiah’ van het ook al veel besproken ‘Drama’ album, het eerste zonder Jon Anderson. Het functioneert prima als opener en dat was verrassing nummer 1. Jon Davison zingt het alsof hij (en niet Trevor Horn) het destijds opnam met de band en zijn stem past er dan ook perfect bij. Ook de backing van bassist Billy Sherwood, die noodgedwongen Chris Squire verving, gaat er goed bij.
Meteen volgt verrassing nummer 2 in de vorm van ‘It Will Be A Good Day’ van ‘The Ladder’ uit 1999. Een ondergewaardeerd album waar toch ook wel fijne songs op te vinden zijn. Ik had graag ‘Homeworld’ van die plaat nog eens gehoord maar dit nummer is zeker ook het terug horen waard.
De vaart werd er lekker in gehouden met het puntige titelnummer van ‘Going For The One’, een nummer dat deze band ook goed past zij het dat Davison soms wat té hoog gaat en daarin wordt dan wel duidelijk dat zijn klankleur toch echt wel wat anders is als die van zijn legendarische voorganger

Jon Anderson. Het hebben van een hoge zangstem wil niet automatisch zeggen dat je meteen precies als Anderson klinkt, misschien wat flauw maar ik hoor het mensen soms zeggen. Neemt niets weg dat Davison een hele goede zanger is die zich ook steeds comfortabeler beweegt over het podium.
Een Yes concert kan niet zonder een paar vaste songs. Feit. Echter dat Your Move/I’ve Seen All Good People nu al werd gedaan was toch ook wel verrassend. Het zou me nog meer aanstaan wanneer het nummer eens helemaal zou worden weggelaten, het is te voorspelbaar geworden.
Na een wat vreemd gekozen passage uit ‘America’ van Simon & Garfunkel en dan uit de versie die Yes ooit opnam volgde ‘Time And A Word’ van het zelfde album. Een album waar niemand van de 5 heren op te horen was en ik eerder van Jon Anderson zou verwachten dan van het door Steve Howe geleidde Yes. Aardig maar niet meer dan dat. Next was ‘Don’t Kill The Whale’ en is op het ‘Tormato’ album te vinden en was het protestnummer van Yes destijds, zoals de titel al doet vermoeden. Goed uitgevoerd en leuk om weer eens te horen.
Hoogtepunt van de avond was al voor de pauze te horen. ‘Turn Of The Century’ is een prachtig rustig en romantisch nummer dat door Steve Howe zittend op een stoel met zijn akoestisch gitaar werd ingeluid. Davison kwam erbij zitten en ik was erg benieuwd of hij hier de geest van Jon Anderson zou kunnen vertegenwoordigen. En dat deed hij. Door wat ingetogener te zingen weet hij de sfeer exact goed te pakken en het was dan ook muisstil in de zaal. De band viel later bij en ook dat ging goed. Echt indrukwekkend mooi.
Na de pauze kwam de band met ‘South Side Of The Sky’ goed terug, de hele band in full swing. Drummer Jay Schellen vormt een goede basis met bassist Billy Sherwood maar die twee kennen elkaar al heel lang want zaten samen in de band World Trade.
Het enige nummer dat de huidige line up opnam kwam van ‘Mirror To The Sky’ het laatst verschenen album van Yes en ook de beste met Davison op zang. ‘Cut From The Stars’ heeft alle elementen van een goed Yes nummer en het werd ook goed gespeeld echter is het in het arrangement ook duidelijk dat er een bepaalde structuur ontbreekt om het nummer meer pakkend te laten zijn. En degene die dat als geen ander weet aan te brengen is de degene die niet meer in de band actief is. U weet wel wie.
En toen was het dan eindelijk zover; ‘Tales From Topographic Oceans’. Het werd in een lange medley gegoten en dat was weliswaar origineel en knap gedaan met de juiste passages erin verwerkt, toch werkte het niet optimaal. Ik heb stukken gehoord die ik nog niet eerder hoorde maar nét wanneer je ook verder wilde in die passage schakelde de band weer door naar het volgende stuk van de medley. Toch wel een chapeau want het ging best goed, met ‘Leaves Of Green’ (van ‘The Ancient) als mooi ingetogen intermezzo. Het is voor toetsenman Geoff Downes allemaal wellicht net iets teveel ‘Wakeman’ gedoe maar hij lijkt zich eindelijk goed raad met het materiaal van Yes waarop hij zelf niet de toetsenist was, en dat zijn er nogal wat.  
De afsluiter en toegift waren ‘Roundabout’ en ‘Starship Trooper’, de twee andere verplichte nummers. Het ándere eigenlijk ook verplichte nummer ‘Owner Of A Lonely Heart’ wordt nog steeds angstvallig geweerd door leider Steve Howe en dat blijft toch ook wat kinderachtig vind ik. Overigens speelde Yes vorig jaar nog wel ‘Rhythm Of Love’ een keer, van het non-Howe album ‘Big Generator. Het zou hem toch sieren wanneer hij zijn trots een opzij zou zetten.
Al met al was het een zeer aangename avondje Yes in de Musis en kan deze Yes line up nog wel even door. Enne, het is nooit saai zei ik in het begin van deze review. Volgende hoofdstuk is het album ‘True’ dat op 23 augustus uitkomt en is geschreven en verder ontwikkelt door Jon Anderson en zijn Band Geeks. Het album bevat 9 nummers die Anderson al jaren klaar had liggen om met Yes op te nemen, mocht hij er ooit nog officieel in terugkeren. Dat gebeurt dus niet meer. Geeft niet, want er is ook leven naast Yes. Letterlijk.