Dregen: “Vaak hoor je dan; “Oh, dus je houdt van punk rock”. Nou ik zal je zeggen, van alle punk rock haat ik vijfennegentig procent!”
Pas vanaf 2000 ben ik echt bekend met The Hellacopters, dus de originele band heb ik nog nooit live in actie gezien. De huidige bezetting heeft weliswaar niet de bassist van het eerste uur, Kenny, in de gelederen (een functie die heel kundig door Datsuns/Imperial State Electric Dolf de Borst wordt waargenomen), maar wel is gitarist Dregen weer van de partij. Met deze medegrondlegger van twee behoorlijk bepalende Zweedse bands; Backyard Babies en The Hellacopters (die ik wel tot mijn persoonlijke top 5 van favoriete bands mag rekenen), mag ik vandaag een interview hebben.
Na wat heen en weer getelefoneer met de tourmanager en de labelpromotor, kan er een mogelijkheid gecreëerd worden om backstage te komen en word ik voorgesteld aan the man himself: Dregen! De ietwat excentriek ogende muzikant is uitermate vriendelijk en we lopen naar de kleedkamer van The Hellacopters, waar Robert, Dolf, Boba en een paar andere mensen gezellig zitten te babbelen. Als ze horen dat Dregen een interview heeft, voelen ze zich schijnbaar een beetje te veel en spoeden zich naar buiten. Ik voel me behoorlijk bezwaard en neem me voor een beetje tempo te maken met mijn vragen (wat me niet zal lukken). Gelukkig heb ik Dolf en Boba nog net voor een handtekening kunnen strikken voordat ze buiten de deur waren. (één van de voordelen van journalist zijn)
Cor Schilstra Ι 1 december 2022
Hallo Dregen, aangenaam kennis te maken. Hoe vind je het om weer terug te zijn in Nederland?
Dregen: Great! Het is weer even geleden, het voelt goed om weer “on the road” te zijn. Het is wel behoorlijk druk nu, dit is zeven shows in zeven dagen nu. Gisteren waren we in Bremen, daarvoor in Kopenhagen, morgen spelen we in Parijs, dan Keulen, Berlijn en dan terug naar Zweden.
Dat is wel heel erg intensief, zo zonder ook maar één dag pauze er tussenin. Is dat een beetje vol te houden?
Dregen: Het is wel heel erg druk ja, maar eigenlijk houd ik hier wel van. Het is weer even wennen; we hadden een hele tijd, zo’n twee jaar niet meer getourd, met de Covid situatie, weet je. Voor die tijd wist je precies waar alles was, de tas stond al zo’n beetje standaard klaar. Nu was het zoeken naar van alles; even kijken, heb ik alles? Tandenborstel enzovoort …
Het was trouwens best nog een beetje spannend met de terugreis toen je voor het laatst op tour was voordat de pandemie uitbrak toch?
Dregen: Oh ja, ik weet nog dat we op tour waren in Zuid America, het was onze laatste show op vijftien maart in Brazilië, waar we bijna vast kwamen te zitten. Veel vliegtuigen naar Europa werden toen al aan de grond gehouden. Alle rechtstreekse vluchten waren al afgelast. We konden nog net op een vliegtuig naar Portugal springen en via een omweg toch nog thuiskomen gelukkig.
Een voordeel aan de hele pandemie toestand is dat het publiek er nu wel echt heel veel zin in heeft en wij als muzikanten hebben na twee jaar stilzitten natuurlijk ook heel veel zin om er weer tegenaan te knallen. Veel mensen hebben twee jaar lang niet echt uit kunnen gaan en zeker geen bands kunnen bekijken en zijn nu wel echt heel enthousiast dat dit weer kan. Dat merken wij als band dan ook weer, je komst en je muziek wordt heel erg gewaardeerd; het versterkt elkaar en dat is mooi.
Jullie zijn nu weer bij elkaar in de bijna dezelfde bezetting als hoe jullie ooit begonnen zijn; hoe is het om weer terug te zijn op het oude nest, en is dit een project voor bepaalde tijd of echt een band die nog lang wil doorgaan?
Dregen; Het is helemaal fantastisch! We hebben zo veel plezier in het spelen. Deze reünie is nooit bedoeld als project, maar het is eigenlijk een luxeprobleem om in meerdere bands te spelen. Normaal gesproken is dat ook niet echt handig. Backyard Babies gaat ook gewoon door, dus het is wel passen en meten met de beschikbare tijd. Al moet ik zeggen dat dat wel gemakkelijker wordt; toen we jonger waren (en minder bekend), moesten we alle optredens met beide handen aanpakken. Nu hebben we de luxe dat we keuzes kunnen maken en hebben we wat dat betreft meer de planning zelf in de hand, wanneer we ergens wel of niet willen gaan spelen.
Ik zei eerder dat dit bijna de originele bezetting is; Kenny is er niet meer bij. Had hij er geen zin meer in, is hij helemaal met muziek maken gestopt?
Dregen: Oh ja, nou ja, het was eigenlijk min of meer zijn eigen beslissing om niet meer mee te doen. Ik weet het eigenlijk niet of hij nog echt bezig is. Ik heb hem al een paar maanden niet meer gesproken, maar denk dat hij vast nog wel met iets van solo werk of zo bezig zal zijn. Maar het is heel prettig met Dolf nu.
Wiens initiatief was het eigenlijk om de band weer bijeen te brengen?
Dregen: Ik was bezig met mijn solo band en Nicke was druk met Imperial State Electric en toen hebben we een Europese tour met die twee bands gedaan. Tijdens deze tour waren we veel samen, we deelden de tourbus en gingen op een gegeven moment bij toerbeurt headlinen; de ene keer was Imperial State hoofd-act, de andere keer wij. Ergens midden in de tour gingen we Hellacopters nummers als toegift spelen; de ene keer Nicke bij mijn band, de ander keer ik bij Imperial State. Dan speelden we ‘Gotta Get Some Action’ of zo en dat voelde gewoon geweldig.
Bij toeval kwam toen de organisatie van het Sweden Rock Festival, die ons eerlijk gezegd al vaker om een éénmalige reünie gevraagd hadden, weer met de vraag of we zoiets wilden overwegen in het kader van 2016 als twintigste verjaardag van ons debuutalbum ‘Supershitty To The Max’. Op voorwaarde dat we dan ook alleen nummers van dit album en daarvoor, konden spelen, hadden we zoiets van, dat kunnen we voor één keer best doen. Toevallig was er toen ook net een Spaans festival waar headliner Primal Scream moest afzeggen, die ons belde, om die plek in te nemen. Dit was een paar dagen na Sweden Rock, we hadden al een paar weken gerepeteerd voor het reünieconcert en dachten, waarom pikken we die dan ook niet direct mee. Zo werden het dus twee gelegenheidsconcerten.
Al vanaf deze gelegenheidsconcerten broeide dus al het idee om weer echt als band terug te keren?
Dregen: Ja, eigenlijk wel. Nicke vertelde me dat hij nog heel veel nummers had liggen die erg geschikt zouden kunnen zijn. We begonnen zo wat te jammen en wisselden wat ideeën uit, zo voor de lol. Wij zijn honderd procent geen band die een reünie opzetten om wat oude nummers te repeteren en dan te cashen, zoals je zoveel om je heen ziet, weet je. Wij zijn ook geen band met van die nostalgische ideeën, ik bedoel, dit is The Hellacopters vandaag en misschien kunnen we een verschil maken, iets bijdragen. We vinden het oprecht een plezier om met elkaar te werken, nummers te schrijven en die op te nemen. Eigenlijk zijn we toen dus al langzaamaan begonnen met het werken aan dit album, wat natuurlijk door allerlei nevenactiviteiten van iedereen, een behoorlijke uitdaging was.
Je noemde net “jammen”; Nicke heeft me eens in een interview gezegd dat hij eigenlijk nooit genoeg tijd kan vrijmaken om echt te jammen.
Dregen: Nou ja, dat jammen moet je ruim zien; we laten elkaar riffs en stukjes horen, sturen elkaar spullen op en we proberen dingen uit als we elkaar zien, ook al is dat ergens zomaar even tussendoor of zelfs onderweg.
Jullie hebben het natuurlijk allemaal ook wel heel erg druk met allemaal verschillende bands. Nicke heeft Imperial State Electric, Lucifer, en Death Breath, zou ook ooit nog weer van de grond komen?
Dregen: Ik geloof dat er inderdaad nog plannen zijn voor een album ja.
Jij hebt natuurlijk hiernaast nog Backyard Babies, solo werk, Dolf heeft Datsuns. Is Boba nog druk met Diamond Dogs?
Dregen: Ja, daar heeft hij ook nog zijn tijd voor nodig, en daarnaast is hij ook nog veel bezig als producer van verschillende bands.
Robert ook nog iets er naast; zit er nog leven in Tramp?
Dregen: Nee, Tramp is ter ziele, maar Robert is wel bezig met een Zweedse punkband; KSMB. Ze waren in de zeventiger jaren in Zweden behoorlijk groot.
Leuk deze nieuwtjes; ik heb weer wat op te zoeken.
Dregen: We zijn heerlijk bezig maar ik denk dat het er niet meer inzit dat we net als vroeger negen weken of langer in een busje rondtrekken. Ik bedoel, we proberen het leuk te houden; wel lekker spelen voor publiek, want daar doe je het toch voor, maar niet meer jezelf helemaal naar de knoppen helpen met veel te lang “on the road”; dat sloopt je als mens en als band. We worden ook ouder, weet je, ha, ha. Eerlijk gezegd pikken we nu gewoon die optredens er uit die we echt leuk vinden.
We hadden het net over alle nevenactiviteiten van iedereen; hoe organiseer je alles nu met repeteren, touren, enzovoort? Hebben jullie iemand in dienst die alle schema’s van iedereen naast elkaar legt en de boel coördineert?
Dregen: Ik zou willen dat dat zo was. We vinden gewoon ergens de tijd. Dit is natuurlijk wel je baan, je dagelijks werk voor iedereen in de band. Je bent wel professional en iedereen heeft natuurlijk zijn prioriteiten qua “hoofdband” en zo, en eerlijk gezegd is het ook soms wel behoorlijk chaotisch. Vaak weet ik zelf ook niet hoe we het voor elkaar krijgen en andere mensen zien hierin ook vaak problemen, maar dat zie ik niet zo. Ik zie dit als een tuin van inspiratie, weet je. Ik ben bijvoorbeeld ook een tijd gitarist geweest bij Michael Monroe (Hanoi Rocks) en heb daar ook weer heel veel inspiratie opgedaan, die ik nu weer gebruik bij The Hellacopters.
Bij Michael Monroe nam je de plaats over van Ginger Wildheart toch? Met Ginger, Nicke en Thomas Skogsberg heb je nog een geweldige plaat als Supershit 666 gemaakt. Is er een kans dat dit nog eens nieuw leven in geblazen wordt?
Dregen: (helemaal enthousiast) Ja, dat zou mooi zijn; we hadden het er nog over laatst. Ik heb Ginger nog ontmoet kortgeleden op de zestigste verjaardag van Michael Monroe in Helsinki. Ze deden een Hanoi Rocks reünie met de originele line-ups; het was een drieënhalf uur durend spektakel in het ijsstadion in Helsinki. In het voorprogramma zat Demolition 23 waarbij ook weer alle muzikanten in chronologische volgorde voorbij kwamen. Ginger speelde dus ook een paar nummers mee, en daarna mocht ik ook paar nummers meespelen. Na ons kwam de laatste bezetting ook nog en toen kwam ook nog de hele Hanoi Rocks show; een erg geslaagd feestje!
Ginger zal misschien wat meer tijd hebben, nu Wildhearts – alweer – gestopt is.
Dregen: Ja, waarschijnlijk. Nu je het zegt, dat was het laatste wat we live gedaan hebben met de Backyard Babies; een korte tour met The Wildhearts in het VK, ook vlak voor de pandemie uitbrak.
Tijdens de pandemie heb je onder andere ook nog met Grande Royale gewerkt, een band die ik ook erg kan waarderen. Erg prettige jongens, ik heb ze ook een keer persoonlijk ontmoet en we hebben nog wel eens mailcontact. Hoe vond je het werken met hun?
Dregen: Inderdaad erg goeie gasten, goede muzikanten ook. Ik heb een gastrol bij een nummer vervult; was cool! Was ook wel grappig, ze komen uit dezelfde regio waar ik opgegroeid ben; Pipi Langkous-land noemen we het daar. Doe ze de groeten.
Misschien een beetje onbeleefd, maar ik ben er wel benieuwd naar. Zijn jullie ook in zakelijk opzicht tevreden met de situatie van de reünie van The Hellacopters?
Dregen: Dit was wel een beetje een gok; we wisten niet hoeveel mensen er nu echt op ons zaten te wachten, weet je. We doen dit omdat we het leuk vinden, niet zoals ik eerder zei voor het snel cashen, maar ik moet zeggen dat het allemaal boven verwachting uitpakt. We vinden het geweldig om dit te doen en in het begin waren we echt wel bang dat er geen kop af zou komen op onze optredens, behalve een paar oudere fans. Ik kan het zelf ook vaak niet geloven dat er naast die oudere fans, die er gelukkig natuurlijk ook nog zijn, ook heel veel jongere mensen naar onze shows komen, die ons niet kunnen kennen van vroeger, omdat ze toen echt nog niet oud genoeg, of zelfs nog niet geboren waren; ik ben er nederig en dankbaar voor, geweldig gewoon! Dat is en blijft zo mooi aan muziek en muziek maken.
Qua merchandise en zo is er ook aardig wat gaande. Heel veel limited edition spul, tot clogs en skateboards; heb je die trouwens zelf ontworpen? Is dit allemaal in handen van derden, of hebben jullie hier zelf ook iets over te vertellen en blijft er iets voor jullie over?
Dregen: Ik hoop dat er iets voor ons over blijft, ha, ha! Die skateboards zijn trouwens van een professioneel Skateboard bedrijf uit Canada, en de rest van de merchandise gaat ook prima. Gelukkig hebben we de zakelijke dingen nu beter geregeld dan vroeger. We lopen inmiddels lang genoeg mee om te voorkomen hoe dat vroeger ging, toen we er niets aan over hielden en andere mensen dat allemaal in de zak staken.
Nu zijn jullie op een korte tour door een deel van Europa. Krijgt de rest van de wereld jullie ook weer te zien?
Dregen: We moeten afwachten hoe de situaties zich voordoen; hopelijk niet weer toestanden met lockdowns en zo. De plannen zijn er wel voor een tour in Zuid en Noord Amerika volgend jaar. Japan zitten we ook aan te denken en Spanje en Engeland zijn we niet aan toe gekomen met deze tour, dus …. En natuurlijk een nieuw album; we zijn al begonnen aan nieuwe nummers.
Even over de nummers van ‘Eyes Of Oblivion’; Nicke zei in een vorig interview dat hij altijd heel veel nieuw materiaal schrijft (waarvan maar een deel het haalt tot uitgewerkte songs). Ook op het nieuwe album zijn de meeste nummers van zijn hand. Eén nummer is echter geschreven door jullie samen (‘Tin Foil Soldier’) en doet mij heel veel denken aan een ander schrijversduo; Chinn and Chapman.
Dregen: Ha, ha, dat is een groot compliment! Nee, Nicke is de drijvende kracht achter het schrijven van nummers, maar ook vooral het opnemen was erg speciaal, want dit was allemaal midden in de pandemie. Het nummer ‘Tin Foil Soldier’ gaat eigenlijk ook over die hele situatie tijdens de pandemie. Het opnemen was een dag hier en een dag daar, het was zo fragmentarisch. Ik houd er van om met de hele band de studio in te gaan en dan de hele boel in een paar dagen er op te knallen, weet je. In dit geval was het zelfs zo dat we op een gegeven moment de boel niet eens wilden afmixen, omdat we bang waren dat we zelf moe zouden zijn van sommige stukken en we wisten ook niet hoe lang die pandemie toestand allemaal zou duren. Het album heeft zo een paar maanden liggen wachten voordat we het uiteindelijk hebben afgemixt. Toch voelde het eindresultaat gelukkig als “fresh”.
Zelf sprak me dat Chin and Chapman gevoel van ‘Tin Foil Soldier’ erg aan, waardoor het nummer er erg uitspringt, maar ook ‘So Sorry I Could Die’; is dit een persoonlijk nummer van Nicke, ter nagedachtenis aan Strings (zoals ik mede door de clip denk te kunnen afleiden)?
Dregen: Dat zou je aan Nicke moeten vragen, maar ik denk dat het eigenlijk wel toepasbaar zou kunnen zijn voor heel veel soortgelijke situaties.
De langzamere groove en helemaal een bluesy benadering is voor veel gitaristen vaak toegankelijker voor het uiten van een stuk expressie in hun spel. Dit meen ik buiten ‘So Sorry’ ook te horen in oudere nummers als ‘TAB’ en ‘My Mephistophelian Creed’; is dat voor jullie ook zo?
Dregen: Nou, dat is maar net op welk niveau je emotie wil uiten; ik bedoel, in elke muziek, ook in punk, zit emotie, maar op een andere manier. Het heeft misschien ook te maken met leeftijd, ha, ha. Maar weet je, voor mij als iemand die er niet altijd bij is geweest, als een beetje een buitenstaander, is het misschien gemakkelijker te analyseren; op ieder Hellacopters album staan een paar nummers die toch behoorlijk afwijken van de rest. Dat kun je zien als een stuk ontwikkeling. De Hellacopters is geen band die iedere keer zichzelf compleet kopieert. Dus ik ben het wel met je eens dat je ‘I’m Sorry’ en ‘Tin Foil Soldier’ er uit pikt, omdat ze echt anders zijn, en dat maakt het voor ons als muzikanten ook interessanter, want ook al hebben we de leukste baan die je kan bedenken, als er een regel zou zijn; “je moet beslist zo en zo klinken”, dat zou ook behoorlijk gaan vervelen.
Wie zijn eigenlijk jou bronnen van inspiratie die er voor zorgen dat dit vak nooit gaat vervelen?
Dregen: Ik zou hier niet zitten als Kiss er niet was geweest, dat is zeker. Maar naast Kiss waren er natuurlijk New York Dolls, Bowie, Stooges, en MC5 natuurlijk. En dan had je Ramones en van de Britten, als ik een album zou moeten kiezen, is dat Never Mind The Bollocks van Sex Pistols. (grappig: een paar jaar geleden interviewde ik Nicke en die noemde precies hetzelfde album). Daarnaast luister ik ook veel naar oude blues als bijvoorbeeld Robert Johnson. Deze invloeden kun je duidelijk horen op mijn solo album, waar Nicke de drums speelt trouwens. Verder kan ik ook iets als Tom Petty of zelfs Neil Young heel erg waarderen. Het is net als The Hellacopters; heel veel verschillende invloeden eigenlijk. Of in ieder geval heel veel kleine stukjes van veel verschillende invloeden. Vaak hoor je dan; “Oh dus je houdt van punk rock”. Nou ik zal je zeggen, van alle punk rock haat ik vijfennegentig procent! Of nou ja, misschien een beetje erg sterk uitgedrukt, vijfennegentig procent van alle punkrock kan ik niet echt waarderen …. maar die vijf procent vind ik echt goed! Weet je, we zijn niet zo bekrompen met oogkleppen, we staan open voor heel veel invloeden en die proberen we creatief in te passen.
Creatief ben je zelf ook zeker; ik zag op je website ook nog andere creatieve talenten buiten je muzikant zijn. Je bent ook op grafisch vlak aardig bezig met ontwerpen en schetsen. (Ik laat Dregen werk van Herman Brood zien, maak vergelijkingen met zijn Doodle schets werk en vertel hem wat over “onze” Rock ‘n’ Roll junkie. Er hangt inmiddels een originele Dregen in mijn mancave; de beste man heeft zelfs de moeite en tijd genomen een schets voor me te maken). Hoe is dat eigenlijk met dat Riff beer, heb je dat ook echt zelf gebrouwen?
Dregen: Nee het brouwproces heb ik niet helemaal zelf gedaan, maar het recept heb ik wel aan meegedacht. Dat was tijdens de pandemie, als je meer tijd en minder inkomsten hebt weet je, ha, ha. Ik dacht, waarom geen bier, want ik houd van bier. (Dregen krijgt een seintje dat er afgerond moet worden)
Dregen, heel erg bedankt voor je tijd en aandacht! Als allerlaatste vraag; wat zijn de plannen voor de toekomst?
Dregen: We gaan er een feestje van maken deze laatste optredens van deze tour. Op het moment kijk ik eigenlijk niet zo ver vooruit. Eerst gaan we hier in Eindhoven een feestje bouwen! (na ons afscheid, roept Dregen me nog na: “Ik zal die Herman Brood zeker nog checken!”.)