Party.San Metal Open Air 2019 – Obermehler (Duitsland) – 08/09/10 augustus 2019
“Grind groepjes programmeren op een uur dat de meesten nog zouden zitten dikkoppen aan hun tentje is een voltreffer! Blijven doen!”
Na mijn vuurdoop op PSOA 2018 vorig jaar en mijn eigen bij wijlen super enthousiaste reactie kon ik natuurlijk niet anders dan terugkeren naar mijn instant favoriete zomerfestival. Dat Party.San Metal Open Air dan ook nog z’n vijfentwintigste verjaardag vierde was mooi meegenomen. Waarom ik dan zo lang ben weggebleven van dit toch vrij bekende festival, dat al jaren het beste uit de death, black en thrash scene bij elkaar brengt? Werk gerelateerde perikelen (lees: geen verlof krijgen), niemand mee krijgen, al mag dat geen uitvlucht zijn, want op PSOA kan je gerust op je eentje rond dwarrelen in de gemoedelijke en vriendschappelijke sfeer die er heerst, en zo zijn er nog wel een paar zaken die mij weerhouden hebben om erheen te trekken. Maar vorig jaar is de toon gezet en het zal moeilijk zijn om mij in de toekomst nog weg te houden uit Obermehler. Voor we in die toekomst zitten eerst mijn, voor mezelf interessante, belevenissen van dit jaar!
21/08/19 I Tekst: Koen Smits I Foto’s: Martin Bärmann
Woensdag:
Geen discussie dit jaar: we vertrekken op woensdag! Yes, dan kunnen we net voor het donker nog opstellen en de start van het festival op donderdag rustig afwachten. En zo geschiedde. Althans tot het opstellen net voor het donker, want daarna was er van rustig afwachten geen sprake meer. Rond 22.00 trokken we nog op ons gemakje naar de grote tent, waar een DJ reeds bezig was om het toch talrijk aanwezige volk te entertainen. We dronken toen nog rustig een paar biertjes, kuierden wat rond en voor we het wisten, stonden we bij een koppel Vlamingen pinten te hijsen en verhalen te delen om te tonen wie de dikste had. Topavond die ’s nachts in stijl werd afgesloten met het nodige braaksel en… naja, je kent het verder wel.
Donderdag:
Redelijk vroeg wakker en geen zin om zelf koffie te zetten, slenterden we de volle driehonderd meter naar de ontbijttent voor een lekker bord vol eieren, wat groentjes, een broodje met boter en een grote beker koffie voor zes euro. De vriendelijkheid van het personeel deed de laatste restjes hoofdpijn verdwijnen als sneeuw voor de zon en nu kon het spel echt beginnen.
Slægt was de allereerste band op het festival en was het nu omdat we zolang hadden uitgekeken naar dit moment, of lag het aan de band zelf, ik weet het niet, maar op plaat vind ik ze zalig en nu vond ik het maar zozo. Er was wat gesukkel met het geluid en al deden de Denen met hun mix van heavy metal en black metal hun stinkende best om het volk wakker te schudden: het kwam niet echt binnen bij mij. Velen zouden hier Tribulation in herkennen en dat is inderdaad niet ver van de waarheid, maar er is toch nog een beetje werk aan de winkel. Dat Runemagick niet veel live speelt is een understatement, maar ook logisch gezien ze na een pauze van een jaar of tien pas sinds 2017 terug bij elkaar zijn om hun doodse doom te verspreiden. Ik vind de band door velen ondergewaardeerd, maar hier lieten ze zien dat dat inderdaad onterecht is.
Balmog, de Spaanse kornuiten, moesten ook nogal vroeg aantreden en dat voor het eerste optreden in de tent. Zij werden door omstandigheden bijgestaan door Fiar van Graveyard en Foscor op basgitaar en ook zijn maatje van bij Graveyard Javi Bastard was van de partij als live gitarist. Hun vorige plaat ‘Vacvvm’ van vorig jaar vond ik zeer goed en zat nog niet te ver weg in m’n hoofd. Een zeer degelijk optreden met een kleine anekdote: dankzij mijn fotopass kon ik voor het optreden tot bij het podium om een goeiedag te zeggen tegen Fiar, maar natuurlijk had ik geen camera bij. Tijdens de eerste vijf nummers bleef ik dan maar hangen voor het podium, maar eens de security mensen doorhadden dat ik daar maar stond te lummelen, werd ik er onverbiddelijk uitgesmeten, hahaha.
Na Balmog moesten we weeral met spoed naar het hoofdpodium voor de start van Incantation. In mei op Netherlands Deathfest waren zij al bij de sterren van het weekend en de kerels rond opperhoofd John McEntee speelden weer alles wat we graag wilden horen. Van ‘The Ibex Moon’ tot ‘Impending Diabolical Conquest’ en van ‘Rites Of The Locust’ tot ‘Profanation’ met de nadruk op ‘Onward To Golgotha’ en dat konden we alleen maar toejuichen. Deze beesten waren nog maar aan de tweede datum van hun Europese tournee bezig, maar ze spelen de laatste jaren zoveel shows dat ze ons haast blindelings kunnen verwennen met hun retestrakke death.
Ondertussen al weer lichtjes in de wind van de cuba libres vochten we ons nog een weg door de set van Soilwork, waar ik op voorhand van wist dat het me niet veel ging zeggen om daarna naar de onderhoudende set van Taphos te gaan kijken in de tent. Dertig minuten is veel te kort voor de bands in de tent, maar als je geen overlappingen wil, moet het op deze manier. Het zij zo, maar het zou de rest van het weekend een kleine frustratie blijven. Bij Craft is het erop of eronder. Ik vond het erop, maar de meningen waren wel verdeeld. De punkerige sfeer past perfect op dit festival. Wie er nu allemaal precies op het podium stond weet ik niet, want Craft maakt nogal eens gebruik van live-muzikanten, maar wat er werd gedaan, werd goed gedaan. ‘Fuck The Universe’, dachten zij en wij tijdens deze drie kwartier ook.
Ik had me voorgenomen om de Duitse black metal band Ascension van dichtbij te bekijken, maar dat is even anders uitgedraaid. Een oude mens moet al eens een beetje rust nemen en daar we al wat te lang bij NervoChaos waren blijven hangen en het geluid een beetje rommelig was, heb ik dit maar van op een afstand gevolgd. Niet slecht, maar ook niet zo interessant als ik had gehoopt. De show van NervoChaos daarentegen was een spetterende belevenis! De death metal met thrash invloeden kwam fris over en de hele tent had er zin in! De band had er duidelijk ook zin in en het geluid stond van bij de eerste noten perfect afgesteld! Er werd veel gespeeld van het nieuwe album ‘Ablaze’, maar een aantal van de andere nummers herkende ik niet meteen. Geen erg, gewoon de gas erop en gaan!
Wat Belphegor allemaal uitspookte, deed me wankelen van verbazing. Blijkbaar zijn zij onderweg met hun ‘Ritus Incendium Diaboli’ Fire Procession: een uit de kluiten gewassen, wat, een monsterlijke licht-, rook- en vuurshow ter ondersteuning van hun dagdagelijkse zwartgeblakerde rituelen. Ik was niet op de hoogte van deze op stapel staande festiviteiten op het podium en dan is zoiets zelfs meer dan een aangename verrassing. Muzikaal acteerde Belphegor ook op hoog niveau. Deze band is op een dikke tien jaar uitgegroeid van een marginale (weliswaar zeer goede) caféband tot een hels fenomeen en dat tot spijt van wie het benijdt. Topper!
Amper bekomen van Belphegor, stond die andere verrassing alweer op de planken. Onder de naam van Hellhammer played by Triump Of Death eert Tom G. Warrior de muzikale erfenis van Hellhammer, de band die maar een tweetal jaren bestaan heeft in het begin van de jaren tachtig en waarin Tom zelf actief was als zanger/gitarist. Aan zijn zijde heeft hij Mia Wallace, bassist bij onder meer Abbath, André Mathieu, gitarist en actief bij het technisch death metal gezelschap Punish en achter de drumkit Alessandro Comerio, drummer van Forgotten Tomb. Zowat alle nummers van Hellhammer passeerden de revue alsook een cover van Celtic Frost en dat allemaal op die typische slepende manier waarop Tom een patent heeft met al z’n bands. Het deed de oude tijden herleven en het was alleszins tien maal beter dan het optreden van Venom vorig jaar.
Met Hypocrisy kregen we die andere ultra getalenteerde kerel voor onze neus: Peter Tägtgren himself. Deze knaap bespeelt elk instrument, indien het een naam heeft, is eigenaar van The Abyss studio, waarin hij sleutelt aan zowat elke plaat uit het Noordelijk Halfrond en verder is hij op toer met z’n eigen geesteskind Hypocrisy. De show zou een mooie samenvatting van de carrière van Hypocrisy worden met tal van hoogtepunten. Opener ‘Fractured Millenium’ was meteen raak, maar het was wachten op de Pleasure of Molestation / Osculum Obscenum / Penetralia medley voor het dak er voor mij afging! Een beetje spijtig dat het een medley was, maar het bleef fantastisch. De songs van ‘The Fourth Dimension’ deden er nog een schepje bovenop en zo werd er via voorbode ‘Carved Up’ naar de climax met de intro van ‘Abducted’ toegewerkt die uitmondde in ‘Roswell 47’. Een perfect einde van een bijna perfecte dag! Beheaded missen was niet ingecalculeerd, maar wat voorbij is, is voorbij en op naar het volgende!
Vrijdag:
Met een redelijk gevoel opgestaan vrijdag en dan weet je wat je te doen staat als Gutalax om 12.00 op bezoek komt. Een koffietje drinken, bilspleet wassen en maken dat je op de wei bent! Muzikaal zegt de herrie van de Tsjechen me niets, maar entertainen kunnen ze als geen ander en aan het aanwezige volk te zien, hebben zij een grote en trouwe fanbasis opgebouwd. De tyvek overals waren talrijk aanwezig, gekleurde ballonnen vlogen door de lucht, evenals frisbees, stukken prei, luchtmatrassen, wc-borstels, slingers en Mexicaanse hoeden. Er werd geroeid dat het een lieve lust was en de aanwezigen werden zo toch op een leuke manier wakker gemaakt. Grind groepjes programmeren op een uur dat de meesten nog zouden zitten dikkoppen aan hun tentje is een voltreffer! Blijven doen!
Daarna was het de beurt aan Defeated Sanity om hun loodzware death metal op het publiek los te laten. Het was voor mij nog iets te vroeg om dit optreden goed te kunnen smaken, maar het zat wel goed ineen. The Crown is terug van weggeweest. ’t Is te zeggen: ze zijn al even terug, maar op de Europese podia zijn ze pas sinds hun vorige plaat ‘Cobra Speed Venom’ in veelvoud te bewonderen. Zo speelden ze dit jaar reeds op Graveland Festival en op Wacken. Vooral de oudere nummers van ‘Hell Is Here’ en ‘Deathrace King’ deden het hem voor mij, maar de rest van de show mocht er ook zijn. Alleen de zanger irriteerde me een beetje met z’n vele gepraat tussendoor. Voor de rest een goed optreden. Solstice hoorden we vanop een afstand met een hapje en een drankje, dus derhalve ga ik daar geen mening over ventileren.
Na dat hapje was het alweer alle hens aan dek voor de black ’n speed van die zotte Amerikaan Athenar en z’n Midnight. ‘Satanic Royalty’ op z’n best! Een moderne versie van Venom, met een veel venijniger ondertoon. Muzikaal niet het meest subtiel, maar dat zal ons worst wezen! ‘Black Rock’n’Roll’, Lust Filth And Sleaze en You Can’t Stop Steel daverden over ons heen als een dertig jaar oude bulldozer die nodig gesmeerd moet worden. Lekker! Na de laatste noot van Midnight konden we nog drie keer van ons sigaretje trekken alvorens de Braziliaanse heersers van Krisiun ons stonden op te wachten. Altijd in orde die gasten. Vriendelijk, goedlachs en altijd kwaliteit leverend! Met een mooie dwarsdoorsnede van hun discografie en ‘Ace Of Spades’ van Motörhead een meer dan prima show. Zonder het toen te beseffen misschien het strakste optreden van het hele weekend. Arkona en Night Demon lieten we links liggen om een welverdiend en hoognodig dutje te doen alvorens de avond vol kleppers in te duiken.
En of het kleppers waren! Rotting Christ is en blijft een van m’n favoriete live bands. Overgave is het woord dat op Sakis en vrienden van toepassing is. Hun laatste albums vind ik een tikkeltje minder en de setlist bestond ook uit redelijk wat nummers van ‘Heretics’, ‘Rituals’ en ‘Kata Ton Daimona Eaytoy’, maar dat kon de pret niet bederven. Met deze bevlogenheid en overtuiging zouden ze zelfs nummers van Twisted Sister kunnen omtoveren tot Rotting Christ klassiekers. Tel daar nog songs bij als ‘King Of A Stellar War’, ‘The Forest Of N’Gai’ en ‘Societas Satanas’ en je krijgt een topset van een topband! Rond de tijd dat de Grieken moesten stoppen, begon het zo stilletjes aan te regenen, maar ach, dat zou wel even overwaaien. Verkeerd gedacht!
Tegen de tijd dat Mgla ging beginnen, was de deugddoende bui al uitgegroeid tot een echte plensbui en die zou nog uitgroeien tot een ware zondvloed. Ik ben eigenaar van minstens tien poncho’s, maar je raadt het al: geen enkele daarvan was aanwezig in Duitsland. Zo snel mogelijk eentje kopen en veel te veel betalen was dus de boodschap, maar wat maakt het allemaal uit wanneer je zo’n line-up voor je kiezen krijgt? Niets dus. Meedeinen op de gesofisticeerde black metal Mgla kan je gewoon niet beu worden, al is het voor de tigste keer. Zij toeren nu al een jaar of vier in de nasleep van het ongelooflijke ‘Exercises In Futility’ en wie ben ik om te zeggen dat dat niet oké is? Gelukkig stonden de Polen ook laat genoeg geprogrammeerd, zodat de donkere sfeer helemaal tot z’n recht kwam. Binnenkort komt trouwens hun nieuwe album uit en als dat ook zo’n klepper wordt, kunnen we daar ook weer tig keer live van genieten.
En wat dan te zeggen van Deicide? Waarschijnlijk het beste optreden van heel Party.San Open Air 2019 werd weggegeven door Glen Benton en de rest van z’n hondsbrutale gezelschap. Klassieker na klassieker werd door onze strot gejaagd en de band was echt wel in goede doen. ‘Once Upon The Cross’, ‘Dead By Dawn’, ‘Dead But Dreaming’, ‘Serpents Of The Light’, Homage For Satan, dat en nog veel meer passeerde allemaal met gruwelijke precisie in een rotvaart en deed me even vergeten dat er nog iets anders op de wereld bestaat dan Deicide. Wat een knaller!
Als afsluiter op deze hoogdag kregen we Testament en op voorhand had ik het een beetje moeilijk met die keuze, maar de rotervaren thrashers hebben mijn ongelijk bewezen. Chuck Billy blijft een imponerende verschijning en zijn strot heeft nog niets aan kracht ingeboet, ondanks de, laat ons zeggen tweeduizend live shows die de beste man op z’n conto heeft. Met muzikanten als Alex Skolnick, Steve DiGiorgio en Gene Hoglan aan z’n zijde kon er niets fout gaan en dat gebeurde dan ook niet. Een beetje gek dat er geen enkele song van ‘Dark Roots Of Earth’ aan bod kwam, maar er was genoeg ander lekkers om op te headbangen. ‘The New Order’ was hofleverancier voor de set en de überklassieker ‘Over The Wall’ kon natuurlijk niet ontbreken. Wat voor sommigen de normaalste zaak van de wereld is, zoals een optreden van Testament, is voor een ander een zaak van levensbelang, getuige de van geluk huilende Colombiaan naast mij! Dedication! Een geslaagd einde van een geslaagde en verdorie drukke dag!
Zaterdag:
Na een kort nachtje en geen bal honger, besloot ik om eens een wandelingetje over de camping te maken. Ik herkende Javi van Graveyard met enkele leden van Balmog aan een tafeltje aan hun tent en besloot mijn plaatjes te gaan halen uit de auto, die ik bewust bij had om eventueel te laten signeren. Met een zak vol spullen sprak ik die gasten aan en zo hebben we een tijdje samen gezeten met wat bier, tot ik over het signeren begon. Ik had nog nooit iets laten signeren en Javi zou de eerste zijn. Hij was daar vrij enthousiast over, maar blijkbaar had niemand een pen of stift bij zich. Hilarisch! En geloof het of niet: opeens kwam daar uit het niets een kerel aangewandeld die Javi aansprak en hem bedankte voor het masteren van een album een paar jaar geleden. Deze kerel bleek Marc Strobel, zanger en gitarist van Carnal Tomb, die later op de dag zouden optreden, te zijn. Geweldig toeval, want ik had de nieuwe plaat van Carnal Tomb ook bij me en Marc had een stift. Zo werd hij de eerste die spullen van mij signeerde en niet Javi. Topmoment!
Veel tijd hadden we echter niet, want om 12.00 stipt wilden we alweer op de wei zijn. Een kattenwasje later vertrokken we naar het optreden van Vulvodynia. Ik kende de Zuid-Afrikaanse band eigenlijk niet, maar we zouden wel zien wat deze gasten brachten. Nou ja, muzikaal niet veel, maar de brutale slam was wel onderhoudend. Er werden regelmatig grapjes gemaakt en we waren getuige van de twee kortste gitaren en de langste basgitaar van het festival (uitgezonderd die van Schmier misschien) samen op een podium. Een band waar ik veel van verwachtte, maar die me een beetje tegenviel, was Svartidauði. De sfeervolle black metal bleek wat eentonig. Misschien door het vroege uur of misschien lag het aan ons, maar niemand van ons groepje was echt enthousiast over deze mannen, terwijl de meesten dit op plaat geweldig waarderen.
Van dan aan ging het in snelvaart richting avond. Van de Amerikaanse death van Jungle Rot, die vorig jaar een dijk van een album uit hadden en deze met veel verve promootten, over de Griekse thrash van Suicidal Angels, die precies een dag voordien met ‘Years Of Aggression’ hun zevende langspeler op de mensheid hadden los gelaten en misschien de grootste banner van het festival bij hadden, tot en met de Zweedse grafherrie van Vomitory met een best-of set richting Carnal Tomb, de Duitse revelatie die met ‘Abhorrent Veneration’ in juli een kraker van jewelste uitbrachten. De old school death van deze Berlijners mag dan niets nieuws onder de zon brengen, maar het is verdomd goed uitgevoerd! Spijtig dat de set maar vijfentwintig minuten duurde, want dit had me na veertig minuten nog kunnen bekoren. Het ergste was dat Immolation al begon, toen Carnal Tomb nog bezig was, maar ja, Immolation heb ik door de jaren heen al vaak gezien, dus een stukje van hun set missen was geen ramp. Zo kwam ik pas aan tijdens ‘Swarm of Terror’ en meteen bleek dat Ross Dolan en de altijd goedlachse Robert Vigna weer heerlijk in vorm waren. Tussendoor liet ik m’n ultra gelimiteerde versie van Carnal Tomb’s Abhorrent Veneration nog signeren door de rest van de band aan het tentje naast het hoofdpodium en zo konden we toch nog genieten van het laatste deel van Immolation.
Destruction had de eer om de avond op gang te fluiten en deed dat zoals we ze kennen. Professioneel, zonder veel poespas, maar met de nodige energie en een goede songkeuze. Van de nieuwe plaat ‘Born To Perish’, uit op negen augustus, werd buiten de titelsong ook nog een andere song gespeeld, maar vraag me niet welke, want dat heeft mijn brein niet geregistreerd. ‘Thrash Till Death’ en ‘Nailed To The Cross’ deden het publiek uit hun dak gaan en zo werden we klaargestoomd voor wat nog moest komen. Buiten een klein akkefietje met een monitor of micro van Schmier was dit ook een smetteloze show. Helaas konden we het absolute einde niet meemaken, daar ik per se naar een van mijn favoriete bands van de laatste jaren wou gaan kijken, zijnde Undergang. De tweede Deense death metal band na Taphos op deze Party.San kwam, zag en overwon. David Torturdød, zanger/gitarist en ook nog actief bij Hyperdontia en Phrenelith, deed zo goed als alles perfect, behalve het effect op z’n stem houden tussen de nummers door. Een gewoon praatje of aankondiging zou beter zijn. Z’n laatste woorden waren dan weer wel ok. Verder knalde Undergang vooral nummers van ‘Misantropologi’ uit 2017 de tent in, aangevuld met enkele titelnummers van eerdere albums, maar zoals bij alle bands in de tent bleek de tijd weer veel te kort. Dertig minuutjes en geen seconde langer.
Nu was het echt tijd om een rustpauze in te lassen en Naglfar was daar het slachtoffer van. Wat ik hoorde klonk goed en Kristoffer ‘Wrath’ Olivius leek goed bij stem, maar ik was niet dicht genoeg aanwezig om deze show naar haar juiste waarde te schatten. Net op tijd terug vooraan en Legion Of The Damned trok alle registers open met een weergaloze licht- en vuurshow. Ik vond ze nogal hoog geprogrammeerd, maar het publiek lustte het wel en wij ook. Buiten de show van Belphegor was deze visueel de beste. Hier en daar waaide het geluid wat weg, maar als je goed ging staan, was het zoals heel het weekend goed te pruimen. De laatste plaat ‘Slaves Of The Shadow Realm’ moest natuurlijk gepromoot worden en klassiekers als ‘Son Of The Jackal’ en ‘Legion Of The Damned lieten de wei ontploffen. Een beetje onverwacht een uitstekend optreden. Ik had ze al goed gezien, maar dit was van een zeer hoog niveau.
Sólstafir mag dan een heel leuke band zijn en ik heb veel respect voor wat ze doen, maar hier waren ze toch niet echt op hun plaats. De IJslanders werden letterlijk plat gedrukt tussen al het brute geweld. Het geluid stond bij deze brave zielen ook nog eens een stuk minder hard, wat tijdens andere gelegenheden perfect zou passen, maar nu even niet. Het was wachten op de laatste band van het slopende weekend en dat was niemand minder dan Bloodbath. Waar je deze band vroeger of nauwelijks te zien kreeg, treden zij nu zeer regelmatig op en daar kan een mens helemaal niets op tegen hebben. No nonsense puur doodsmetaal zonder een vleugje originaliteit, maar wel pakkend. Tel daar de gortdroge humor van Nick Holmes nog bij (“Ik ben er zeker van dat ik een wenkbrauw kwijt ben” na een metershoge steekvlam en “het ruikt hier naar barbecue”) en je hebt een mooie tijd op dit late uur. Je kan blijven zeuren over het feit dat Mikael Åkerfeldt niet meer van de partij is zoals in 2008, maar dit Bloodbath mag er ook zijn. Een geslaagde afsluiter van een reuze geslaagd festival!
Nawoord aan mezelf:
Volgend jaar op 5 augustus niet vergeten te vertrekken voor Party.San Metal Open Air 2020.
De zesentwintigste editie met de reeds aangekondigde bands Dismember, Infernäl Majesty, Manegarm, 1914 en Graceless zal worden gehouden van van 06 augustus tot en met 08 augustus!
Check de onderstaande socials voor meer informatie over Party.San Metal Open Air