
Tiktaalika – Gods Of Pangaea
InsideOut Music
Release datum: 14 maart 2025
“Charlie Griffiths is gewoon een meester in songschrijven (en op de gitaren en keyboards uiteraard) en dat heeft hij met dit soloalbum nog maar eens bewezen.”
Vera Matthijssens I 17 maart 2025
In de zomer van 2022 bracht Haken gitarist Charlie Griffiths zijn debuutalbum als soloartiest uit, met als titel ‘Tiktaalika’. Het was een wervelende progressieve thrash metal plaat die duidelijk een pak harder was dan zijn werk met Haken. Als soloartiest schrijft Charlie eerst de songs en engageert vervolgens ingehuurde zangtalenten die hij voor ogen heeft. Zo ontstaat een zeer te smaken hybride van instrumentale en vocale hoogstandjes die ons toen al de nodige lof deed spuien.
Een tweede soloalbum wordt nu gelanceerd onder de noemer van Tiktaalika met als titel ‘Gods Of Pangaea’. Pangaea is immers het oude, verloren continent dat tekstueel centraal staat in Griffiths solo universum. Dit is echter geen conceptalbum zoals het eerste, de veelzijdige muzikant wou songgericht tewerk gaan met de nadruk op riffs. Wel had hij al een blauwdruk van de volgorde in zijn hoofd, kwestie van een aangename flow en variatie. We merkten bij zijn vorige plaat al op dat de songs meteen uitnodigen om nog eens te horen en ze al vlug als haakjes in je brein nestelen. Ook nu heeft ‘Gods Of Pangaea’ die troef in handen.
Charlie kreeg terug de hulp van drummer Darby Todd (Devin Townsend) en deze keer leende hij Haken bassist Conner Green om de ritmesectie te completeren. Ook wat zangers betreft bleef hij driemaal bij het oude, met Rody Walker van Protest The Hero als verrassing in de oorwurm ‘Fault Lines’ (wat zijn die melancholieke cleane stukken gaaf!). Maar we gaan van start met de hectische thrash granaat ‘Tyrannicide’ waarin ex-Textures zanger Daniël de Jongh weer zijn opwachting maakt. Hij zingt in classic rock stijl clean, pas later komen er ook grunts als repliek. Het refrein krijgt gezelschap van uitwaaierende gitaarsolo’s. Daarmee laat Griffiths zich meteen lekker gaan, zeker op het einde. De stotende stop & go riffs van titelnummer ‘Gods Of Pangaea’ worden door bas op de hielen gezeten, er wordt smeuïg laag gezongen (weer door de Jongh) en later is er ook vervormde zang die een afstand schept. Deze song heeft een lekkere rock vibe en daar passen scheurende en vurige solo’s bij.
Ik was extra benieuwd naar de songs die vocaal ingekleurd worden door de Sloveense Vladimir Lalić van Organised Chaos, want de vorige keer deed hij me een vergelijking trekken met Jón Aldará en dat gebeurt zelden of nooit. De song ‘The Forbidden Zone’ is meteen een pak meer episch en mysterieus met een slepende aard. De zang is meestal een grofkorrelige grunt, maar later gelukkig ook clean. Want daar munt Vladimir met zijn opera background in uit, dat wordt treffend geïllustreerd in ‘Mesozoic Mantras’ als hij de hoge noten vlekkeloos haalt en eens te meer voor kippenvel zorgt. Dit is trouwens een ingetogen song vol weemoed en akoestische gitaren, al wordt het deels rockend. Het tempo gaat aanvankelijk terug flink naar omhoog in ‘Fault Lines’ wanneer de stevige riffs achterna gezeten worden door jachtige drums, maar wanneer het refrein zich aandient is dat zo catchy dat je je onmiddellijk laat meevoeren met de Protest The Hero zanger. Daniël de Jongh keert terug voor ‘Give Up The Ghost’. Kloeke drums worden daar vergezeld van freewheelende gitaarlijnen, smeuïg hese zang is eerst clean, later grunts. Hoe instrumenten en zang een coherent geheel vormen is top op dit album. En we krijgen er nog een wah wah solo bij ook. Als afsluiter is er het bijna tien minuten durende ‘Lost Continent’. Hier treedt Tommy Rogers, de zanger van Between The Burried And Me aan op een nogal opruiende manier, maar gelukkig zijn er ook zalvende, cleane stukken die me dan weer wel doen genieten. Dit nummer heeft een licht mechanisch timbre en er komt even vervormde zang in. Op cd en digitaal is er nog de instrumentale bonus track ‘Chicxulub’ waarin elk gaatje wordt dichtgetimmerd door de instrumenten, maar dan nog blijft de muziek ademen. Charlie Griffiths is gewoon een meester in songschrijven (en op de gitaren en keyboards uiteraard) en dat heeft hij met dit soloalbum nog maar eens bewezen.
