The Black Noodle Project – Code 2.0
Progressive Promotion
Release datum: 15 juni 2020
“Het gaat dus om vrij rustige rock (metal komt slechts sporadisch voorbij), vaak sferisch, het tempo laag en met niet al te ingewikkelde structuren.”
Wim Strijbosch I 19 augustus 2020
Wat een bandnaam; The Black Noodle Project. Klinkt niet echt fijn. En dan te bedenken dat het hier om een Franse band gaat. Die al twintig jaar bestaat. Ook benieuwd naar hoe deze gasten hun eigen bandnaam uitspreken? Hehe. Ja, volgend jaar viert de band haar 20 jarig bestaan maar ik had nog nooit van de heren gehoord. Excuses daarvoor zijn op z’n plaats. Bij deze dus.
The Black Noodle Project was in eerste instantie het speeltje van Jérémie Grima, die alles in zijn eentje deed en die muzikaal omschreven zou kunnen worden als new wave/post punk. Met het aantrekken van Sebastien Bourdeix, een veelzijdige multi-instrumentalist evolueerde de muzikale koers steeds meer richting postrock en artrock. In 2017 verscheen het laatste album ‘Divided We Fall’ waarop ook meer echte metal te horen is. En die lijn zet men gedeeltelijk door op deze nieuwe release ‘Code 2.0’. Jérémie Grima is niet (meer) van de partij; die is bezig met het schrijven van een nieuw boek. Dat blijkt niet veel uit te maken want het is Bourdeix die nu vrijwel alles voor zijn rekening neemt, met uitzondering van de drums (Fabrice Berger) en wat basspartijen (Anthony Létévé).
Het album bestaat uit zeven stukken die tezamen de soundtrack vormen van een reis door jezelf. Sébastien heet het ook niet te moeilijk gemaakt en de stukken ‘Acte I’ tot en met ‘Acte Final’ genoemd. De eerste song staat voor je geboorte en het opgroeien, de tweede track voor leren en ontwikkelen, en via visie, liefde, stabiliteit, gezin en geluk kom je uiteindelijk richting (letterlijk en figuurlijk) het einde.
De muziek van de heren is dan ook beeldend te noemen, als een soundtrack. Doe je ogen dicht en je ziet allerlei beelden voorbij trekken, die voor de een compleet anders zullen zijn dan voor de ander. Dat maakt het natuurlijk ook zo mooi om naar dit soort muziek te luisteren. Het gaat dus om vrij rustige rock (metal komt slechts sporadisch voorbij), vaak sferisch, het tempo laag en met niet al te ingewikkelde structuren. Dat laatste is meteen mijn grootste kritiekpunt. Het is bij vlagen wel erg simpel en basaal. Neem bijvoorbeeld de eerste twee tracks: de riffs en akkoordenschema’s zijn zo simpel van opzet dat het toch een opgave blijkt om een tien minuten geboeid te blijven luisteren. Als zang ontbreekt, zou de instrumentatie de aandacht van de luisteraar moeten vasthouden en dat lukt The Black Noodle Project slechts bij vlagen. Zoals bij het wonderschone, bijzonder fraai uitgevoerde ‘Acte IV’; fantastisch mooie gitaarlijnen in de traditie van Pink Floyd. Ook de lange gitaarpartij in ‘Acte V’ mag gehoord worden. ‘Acte VI’ waarin door de babygeluiden duidelijk wordt gemaakt dat een gezin wordt gesticht is een voorbeeld van een aardige song die echter niet ruim zeven minuten kan boeien; daarvoor is het muzikaal gebodene te mager. Met een zelfde hoeveelheid gespeelde noten weet een band als Mogwai daar bijvoorbeeld veel meer uit te halen.
‘Code 2.0’ is een luisteralbum. Een wegdroomplaat. Niet van het hoogste niveau maar wel eentje die gehoord mag worden, zeker voor liefhebbers van instrumentale muziek zonder krachtpatserij.