Stöner – Stoners Rule
Heavy Psych Sounds Records
Release datum: 25 juni 2021
“Afwisseling komt niet in het Bjorkiaans woordenboek voor en wie daar mee kan leven zal zich zeker vermaken met ‘Stoners Rule’, een album waarvan de titel bijna al een minirecensie is: Stöner Rules!”
Jan-Simon Hoogschagen I 18 juni 2021
Ruim twintig jaar lang werkte Brant Bjork aan een omvangrijke solo-discografie. Soms met wat hulp van bevriende muzikanten, maar meestal solo in de meest letterlijke zin van het woord. Het was dan ook logisch dat de albums steeds onder Bjorks naam verschenen, al dan niet met de toevoeging van “Bros” of “Low Desert Punks”. Maar wat doe je als je een plaat opneemt met een oude vriend die toevallig niet de eerste de beste is en Nick Oliveri heet? Hoe wek je op zijn minst de schijn van gelijkwaardigheid? De kans is groot dat dit de reden is dat het zestiende album van Brant Bjork niet als een solo album van hem wordt uitgebracht, maar als het debuut van een heuse band. Een superband zelfs, als je de c.v.’s van Bjork en Oliveri erbij pakt. Zo ongeveer de hele Palm Desert scene komt samen in die twee: Kyuss, Fu Manchu, Mondo Generator, Ché, Queens of the Stone Age, Vista Chino… noem alle bands en projecten maar op. Dat de nieuwe band, met Ryan Gut als derde man, Stöner heet is dan eigenlijk niet zo vreemd, al is het een beetje een suffe naam met die heavy metal umlaut.
Stöner dus, speciaal in het leven geroepen voor de serie liveshows vanuit de Mojave woestijn waaraan onder andere ook Nebula en Earthless hun medewerking verleenden. Slechts twee weken hadden de mannen nodig om de nummers te schrijven nadat het besluit was genomen om samen te gaan spelen. Het is niet te merken, de liveshow, eerder al als live album bij Heavy Psych verschenen, was misschien niet de meest originele stoner ooit gemaakt, het was wel onwijs strak en stond als een huis. Na de show in de woestijn hadden de heren de smaak goed te pakken. Ze gingen een dagje de studio in om dezelfde zeven nummers nog een keer in te spelen en voila: ‘Stoners Rule’ was een feit.
Wie de liveversie om wat voor reden dan ook heeft gemist en niet helemaal weet wat te verwachten zal even moeten zoeken naar verschillen met de meest recente Brant Bjork albums. Bjorks karakteristieke stemgeluid en even herkenbare manier van gitaarspelen zorgt ervoor dat de lome desert-vibe die we zo goed kennen van Brant Bjork overheerst. Maar wie beter luistert hoort dat met Nick Oliveri meer rock-‘n-roll is meegekomen. Dankzij hem – neem ik aan tenminste – is er meer fuzz en distortion en ligt het tempo wat hoger dan we van Bjork gewend zijn. Met name de kortere nummers zoals ‘Evel Never Dies’ hebben een felheid die we bij Bjork zelden horen. De lofzang op stuntman / brokkenpiloot Evel Knievel, gezongen door Oliveri, leunt duidelijk meer tegen zijn reguliere day job met Mondo Generator aan. Het is de enige keer dat Brant Bjork zo nadrukkelijk de teugels uit handen geeft. Gedurende de rest van het album overheerst de stonerblues van Bjork; een song als ‘Tribe / Fly Girl’ had zo op zijn laatste, vorig jaar verschenen solo-album kunnen staan. Een en ander wil niet zeggen dat Stöner daarmee minder is. Dat is zeker niet het geval. Het is hooguit minder anders dan je op basis van de bandleden zou verwachten. Het belangrijkste minpunt (of liever gezegd een minpuntje, want echt erg storen doet het niet) is dat wat ook de meeste Brant Bjork albums nekt: het lijkt wel allemaal heel veel op elkaar. Afwisseling komt niet in het Bjorkiaans woordenboek voor en wie daar mee kan leven zal zich zeker vermaken met ‘Stoners Rule’, een album waarvan de titel bijna al een minirecensie is: Stöner Rules!