
Igorrr – Interview met JB Le Bail (vocals)
JB Le Bail: “We proberen elk element te verbeteren, tour na tour. We zijn pragmatisch,
maar ook qua investeringen: niet te veel, maar ook niet te weinig — we zoeken de juiste balans.”
“Een explosieve mix van barok, breakcore, metal en wereldmuziek” — dat is waarschijnlijk de kortste manier om de muziek van Igorrr te omschrijven. Wat ooit begon als het soloproject van Gautier Serre, is intussen uitgegroeid tot een hechte band. Gautier blijft de creatieve motor achter de geniale, vaak waanzinnige composities, en met ‘Amen’ brengt Igorrr alweer zijn vijfde album uit. Vanuit zijn verleden met Svart Crown kende ik JB Le Bail al, die zijn gitaar heeft ingeruild om zich bij Igorrr volledig te storten op grunts en grollen. Op een van de laatste zomeravonden had ik een fijne babbel met JB over de band, het nieuwe album en het muzikale brein achter alles: Gautier.
Koen de Waele Ι 2 september 2025
Bonjour JB, comment ça va ?
Ça va super. Et toi?
‘Amen’ markeert het einde van een gebed of een religieuze dienst. Hoe interpreteer je dat woord in de context van het album? Het is hopelijk geen afscheid.
De titel ‘Amen’ is een samensmelting van verschillende betekenissen. Enerzijds verwijst het naar het vorige Igorrr-album ‘Hallelujah’ , een duidelijke knipoog naar het verleden van de band. Anderzijds ligt de oorsprong van Igorrr in de breakcore-scene, en dan is de beroemde Amen break, een iconische drumloop, een logische verwijzing. Maar het woord heeft ook een spirituele lading. Niet per se religieus, maar eerder iets diepers, iets dat resoneert met de sfeer van het album. Gautier kwam met het idee en het concept, en we waren meteen enthousiast. Het voelde gewoon juist, alsof alles samenkwam.
Wat was je eerste indruk toen je Gautiers demo’s of ideeën voor ‘Amen’ hoorde?
Wat echt interessant is aan samenwerken met deze band, is dat je kunt zien hoe een nummer of idee zich ontwikkelt en groeit, maand na maand. Zelfs tot aan de uiteindelijke mix. Om eerlijk te zijn, waren er ideeën waarvan ik dacht: weet je het zeker? Ik kon me er niet echt in vinden. Maar toen ik het eindresultaat hoorde, met alle instrumenten, drums, gasten en alles erop en eraan, dacht ik: oké, nu snap ik het. Dat was mijn eerste ervaring daarmee. Dus ik dacht: oké, ik vertrouw je. Je weet hoe je dit moet aanpakken. En ik zal je helpen om het beste nummer ooit te maken. Maar ik vertrouw je.
Want hij heeft soms echt gekke ideeën. Ik zag net de video van ‘Headbutt’ waarin hij piano speelt met een bouwkraan. En denk je dan niet: oh nee, daar gaan we weer?
Werken met Gautier is altijd een avontuur. Hij komt voortdurend met de meest bizarre ideeën — totaal onvoorspelbaar, maar vaak ook hilarisch. Soms moet je echt even vragen: “Ben je hier zeker van?” En dan zegt hij: “Ja, ik denk dat het een goed idee is.” Oké, dan gaan we ervoor. Eigenlijk hoef je het niet eens te vragen, want hij doet het toch. Dus denk je: als jij het wilt doen, doe het dan maar. En eerlijk? Het is geweldig om met iemand te werken die zo creatief en eigenzinnig is. Elke keer is het een verrassing, en hij is zonder twijfel een genie.
Ik zag een paar andere videoclips, en ik zag zoveel dingen gebeuren: zoveel instrumenten, koren, alles. Het past allemaal perfect bij elkaar. Wanneer je iets opneemt, weet je dan wat hij wil of wat het eindresultaat zal zijn?
Voor mijn bijdragen aan het album heb ik vooral geprobeerd om veel met Gautier te praten. Ik wilde zeker weten dat we dezelfde taal spraken, dat we ideeën konden verwoorden en begrijpen. Omdat er geen echte songteksten zijn, was het voor mij belangrijk om te weten wat hij precies in gedachten had bij elk nummer: welke kleur, sfeer, vibe of emotie hij wilde overbrengen. Op basis daarvan kon ik suggesties doen die echt bij het nummer pasten. We hebben dus veel gesprekken gevoerd over elk stuk muziek. Meestal luisterde ik eerst naar het nummer in de studio, en daarna bespraken we het: Wat betekent dit? Wat wil je ermee zeggen? Soms had hij al een heel duidelijke visie, soms was er ruimte om samen te zoeken. Dat overleg in het begin helpt mij enorm om te begrijpen wat er speelt, en om mijn rol daarin goed te vinden.
Zijn er dan teksten, of zing je gewoon een melodie met je stem?
De zang wordt echt beschouwd als een instrument op zich. Het moet ritmisch zijn, melodisch. Je moet de juiste balans vinden tussen de impact van het woord, de klankkleur en alles wat de melodie kan versterken. De nummers zelf zijn ook erg gelaagd. Hij is ook heel precies over hoe je dingen uitspreekt en hoe je je bijdrage levert, zodat de boodschap nog steeds duidelijk blijft ondanks al die lagen en geluiden. Dat was een van de grootste uitdagingen bij het schrijven van de zangpartijen: de juiste balans vinden.
Het album wordt ook omschreven als een van de donkerste tot nu toe. Heb je dat ook zo ervaren tijdens het opnameproces?
Het is nog steeds grappig op een bepaalde manier — donker en grappig tegelijk. Het is serieuzer, denk ik. En dat was ook de sfeer binnen de band op dat moment. Iedereen wilde iets serieuzers maken. Misschien ook door de context van het album: na COVID, de wisseling in de bezetting, al die dingen. De stemming om ons heen bracht iets serieuzers naar boven.
Ik had het gevoel dat Gautier vroeger meer solo werkte, maar ‘Amen’ klinkt echt als een volledige band. Ik heb Igorrr drie keer live gezien in één jaar en ik was echt onder de indruk van hoe goed de muzikanten zijn. Het voelt nu meer als een band dan als een solo-project.
Ik denk dat dat ook echt Gautiers bedoeling is. Ook al is het soms lastig voor hem om dingen los te laten, draait het bij hem altijd om het vinden van de juiste balans. Hij heeft zijn leven toegewijd aan dit project en aan zijn artistieke visie. Maar hij beseft ook dat hij anderen nodig heeft om het geheel tot leven te brengen. Hij wil dat Igorrr als band blijft groeien, en daarvoor is een stabiele bezetting nodig, zeker voor op tour. En ik denk dat we die inmiddels gevonden hebben. We hebben een sterk team, zowel voor op het podium als in de studio. Alles verliep heel soepel. Het feit dat we al bij de band zaten vóór het opname- en schrijfproces van het album, heeft enorm geholpen. We leerden elkaar goed kennen tijdens de tours, en we wisten allemaal dat dit album een belangrijk moment zou worden voor Igorrr. Iedereen was dan ook volledig toegewijd om het proces zo vlot en aangenaam mogelijk te laten verlopen.
Je maakt het jezelf niet makkelijk tijdens live shows, want je gezicht is helemaal zwart en je outfit is erg donker. Was dat jouw idee?
Ja, dat was mijn idee. Toen Gautier me vroeg om bij de band te komen, was ik in het begin een beetje verward. Ik wist niet zeker of ik het aankon en of ik het leuk zou vinden. Maar ik had al een bepaalde visie en een idee over het personage dat ik wilde neerzetten. En dat was iets echt zwarts en duisters. Iets dat een deel van mijn persoonlijkheid kon vertegenwoordigen, maar ook iets nieuws. Om een duidelijk verschil te maken met de vorige zanger en dat soort dingen. Dus ik stelde mijn idee voor. Ik zei: oké, als je wilt dat ik bij de band kom, dan heb ik dit personage in gedachten. Vind je het goed? En als jullie er allemaal achter staan, kunnen we samenwerken.







Jij bent nu meer de demon op het podium en Marthe (zangeres) is de engel.
Ik denk dat dat is wat het live optreden en ook de muziek visueel maakt. Die grote dualiteit tussen de twee personages, de twee zangers. De ene meer duister, de andere meer engelachtig of iets in die richting.
Hoe lang duurt het om alle make-up aan te brengen en weer te verwijderen?
Het duurt nu niet zo lang meer om het aan te brengen. Ik ken het proces en ik heb het vaak gedaan. Ik denk dat ik het in ongeveer 40 à 45 minuten kan doen. Maar om het eraf te halen, duurt het soms langer. Ik heb dan een grote douche nodig na de show, die duurt zo’n 30 minuten. Maar de dag erna, als ik echt helemaal schoon wil zijn, heb ik minstens twee of drie douches nodig.
Wat was jouw grootste uitdaging tijdens het opnemen of zingen met Igorrr in het algemeen?
Want je vorige band Svart Crown hadden een heel andere stijl.
Dat was een bijzondere periode. Ik wist dat mijn tijd bij Svart Crown erop zat, al wist ik nog niet precies wanneer. En toen kwam ineens het voorstel van Igorrr, totaal onverwacht. Het bracht heel wat teweeg in mijn hoofd. Ik had tijd nodig om alles te verwerken en om echt na te denken over wat ik wilde doen in het leven. En ook om te beseffen wat die keuze allemaal zou veranderen.Het was een grote stap. Maar uiteindelijk besloot ik om mee te doen aan het project. In het begin was het echt wennen: ik was nu enkel zanger, niet langer frontman met gitaar. Ik moest mijn plek vinden — hoe ik betrokken wilde zijn bij de band, bij het creatieve proces, bij de beslissingen. In een project als dit vraagt dat tijd. Maar uiteindelijk viel alles op z’n plaats.
Ik zag videoclips voor ‘Infestis’ en ‘Blastbeat Falafel’. Ik herinner me jou als een heel rustige en vriendelijke persoon. Maar wanneer je zingt tijdens een refrein, lijkt het alsof je bezeten bent.
Hoe heb je die stemmingswisselingen gecreëerd?
Ik denk dat er een deel in mij zit dat zo is, dat moet ontladen. En wanneer ik zing of schreeuw, focus ik me op alle donkere energie die ik in me heb, of die nog ergens in mij zit. En ik probeer die los te laten. Ik geloof dat iedereen een donkere kant of gedachten heeft. En dit is misschien mijn manier om daarmee om te gaan.
Ik zag ook in ‘Blastbeat Falafel’ hoeveel instrumenten er gebruikt worden.Het lijkt bijna onmogelijk om dat allemaal mee te nemen op tour. Hoe werkt dat dan? Is dat met een backtrack?
We proberen de band levend te houden in dezelfde formule. Dus er zijn drums, gitaren, wat machines die Gautier bespeelt, en natuurlijk de zang. Maar alle andere instrumenten zitten in de backing tracks. Dat maakt het voor iedereen veel makkelijker. Anders zouden we zo’n 15 mensen moeten meenemen om soms hele kleine dingen te doen.
Wat betekent het voor jou om deel uit te maken van een project als Igorrr want in korte tijd heb je bijna de hele wereld rondgetourd. Inclusief de Verenigde Staten.
Het is echt uitdagend en tegelijkertijd heel spannend. Ik denk dat het een mooie kans is om te doen en te beleven. Dus ik probeer er niet te veel over na te denken en gewoon te genieten en op de best mogelijke manier samen te werken. Dat betekent ook dat we binnen de band veel communiceren en praten over hoe dingen beter kunnen of aangepakt moeten worden. Dus ja, dat is ook een beetje mijn rol: degene zijn die echt over dingen praat. Ook om de band te verbeteren en de sfeer tussen de leden goed te houden. Dat is belangrijk.
Je had al veel ervaring met instrumenten en je leidde lang een andere band.
Ervaring is de sleutel. En ook het feit dat ik al sinds 2004 een tourende muzikant ben. Ik ben sinds mijn 19e onderweg. Dus ik heb veel fouten gemaakt. En daardoor heb ik veel geleerd over wat goed is om te doen en wat beter niet. Soms probeer ik die ervaring in de band te brengen om gewoon… ja, om het wat relaxter te maken.
Hoe bekend is Igorrr aan de andere kant van de Atlantische Oceaan?
Het gaat goed. We deden onze eerste tour in de VS, ik denk twee jaar geleden. En dat was supertof.
Het was verrassend goed — het publiek, de opkomst, de cijfers waren echt mooi. We wisten niet wat we konden verwachten, want ik was nog nooit met deze band op dat continent geweest. Maar het was echt geweldig. Het publiek vond het echt leuk. En nu krijgen we aanbiedingen om terug te komen. Dat is fijn. Echt cool.
Ik ben al lang fan van de Igorrr en ik vind het nog steeds geweldig om traditionele heavy metalfans helemaal los te zien gaan op muziek die ze normaal niet luisteren. Hoe verklaar je dat?
Ik weet het niet. Het is altijd een beetje lastig, want soms spelen we op metalfestivals waar klassieke heavy metalbands staan. En dan denken we: oké, dit is niet ons publiek. Maar uiteindelijk is er altijd wel een stuk muziek of een element dat het publiek weet te raken. Ik weet niet waarom. Er is iets magisch aan deze band — elke keer als we spelen, gebeurt er iets. En soms kun je dat niet echt uitleggen.
Als je je ouders zou moeten uitleggen in wat voor soort band je zingt, hoe zou je Igor dan beschrijven?
Goede vraag — ik krijg die vaak als mensen me vragen wat ik doe in het leven. Dan zeg ik: ik ben muzikant, en ik speel in een héél vreemde band. En dan komt natuurlijk de vervolgvraag: hoe vreemd is vreemd? Nou, het is een band die extreme muziek maakt, een mix van elektronica, breakcore, barokke klassieke muziek en etnische invloeden. Meestal kijken mensen me dan verbaasd aan: “Wow, oké.” Maar vaak vinden ze het ook meteen interessant. En als mensen echt nieuwsgierig worden, is dat het leukste, want dan willen ze het ook gaan beluisteren.
Op 1 oktober begint jullie intense Europese tour. Is de band nu op een niveau dat jullie comfortabel kunnen reizen, zoals met een nightliner?
Ja hoor. Zelfs bij de laatste tour rond ‘Spirituality and Distortion’ hadden we al een nightliner. Maar alles groeit rond de band — van de zalen tot de omstandigheden. Ook het technische team groeit mee. We proberen elk element te verbeteren, tour na tour. We zijn pragmatisch, maar ook qua investeringen: niet te veel, maar ook niet te weinig — we zoeken de juiste balans. Ik denk dat de volgende tour en shows indrukwekkender zullen zijn dan wat we eerder deden, maar het wordt niet iets compleet uitzinnigs. We werken nu hard aan deze tour, en ik denk dat het geweldig gaat worden.
Is dat een grote voorbereiding, zoals dansstijlen of hoe je het podium op- en afgaat?
We zijn nog steeds aan het uitzoeken welke nummers we gaan spelen. En de nummers die we kiezen, bepalen wat we op het podium doen — of niet. Dat is het belangrijkste. We denken er nu echt over na. Daar draait alle discussie nu om.
Hier zeggen we ‘leven als god in Frankrijk’. Is dat bij jou het geval?
Ik ben blij dat we een zomer hadden zonder shows en festivals. Dat was een heel erg nodige pauze. Dus nu ben ik super enthousiast en gemotiveerd om weer op tour te gaan. Ik had die pauze persoonlijk echt nodig. De batterijen zijn opgeladen.
