Dordeduh – Har
Prophecy Productions
Release datum: 14 mei 2021
“Zoals je merkt gaat dit veel verder dan een potje black metal met wat folkinvloeden kruiden, dit is een spirituele belevenis die je in gedachten naar het land van herkomst brengt in zijn meest pure vorm. Grandioso!”
Vera Matthijssens I 10 mei 2021
Elke artiest wordt geboetseerd door de omgeving waarin hij of zij opgroeit. Toch is dit etnische element bij sommige bands meer aanwezig dan bij anderen. Roemenië is dan ook een thuisland waar nog steeds een mysterieuze sluier overheen hangt. De eclectische mix van black metal en locale folklore van Negură Bunget kende met het album ‘Om’ een hoogtepunt. In 2009 verlieten Edmond ‘Huppogrammos’ Karban en Cristian ‘Sol Faur’ Popescu de band en richtten Dordeduh op. Spoedig brachten zij een EP uit, gevolgd door het debuutalbum ‘Dar De Duh’ (2012).
Spijtig genoeg volgde er toen een lange stilte. We waren dan ook aangenaam verrast toen we vernamen dat er een opvolger komt. ‘Har’ is eindelijk voltooid en hoort meteen tot de beste albums die we dit jaar al gehoord hebben. Ook mensen die niet van black metal houden, moeten zeker naar deze muziek luisteren, want naast het gebruik van inheemse instrumenten als tambal, xylofoon, toaca, tulnic (daarvoor zijn de Roemenen het bekendst), nai, fluier, caval, dube, timbale, lemne en mandola, is dit een rijk geschakeerd muzikaal werk dat heftige stukken kent, maar ook tal van passages met zwevende keyboards en oorstrelend gitaarwerk. Zo zou men deze avant-garde black metal evengoed invloeden uit postrock en progressieve rock kunnen toeschrijven.
Elke song heeft ditmaal een eigen concept en daarvoor gebruikt het viertal lange composities waarin verschillende stemmingen aan bod komen. We benadrukken evenzeer dat men ‘Har’ zelf opnam in de eigen Consonance studio, maar de mix en mastering toevertrouwde aan de alom gewilde Jens Bogren. Die heeft de zang meer vooraan in de mix gezet en dat is een pro. Het geluid van dit album – dat toch steunt op contrasten – is werkelijk subliem. Na meerdere beluisteringen vallen alle stukjes van de puzzel op hun plaats en is ‘Har’ een vrij toegankelijke plaat, maar ze is vooral begeesterd en spiritueel.
Met het twaalf minuten durende ‘Timpul Intăilor’ gaat men mysterieus van start, met meditatieve gezangen. Met echoënde gitaarklanken, drums en keyboards werkt men toe naar een eerste harde uitval der gitaren. De cleane zang is beschouwend, spoedig komen er ook ruwe grunts aan te pas. De sprankelende gitaarstijl van Sol Faur komt volop aan bod en het geheel kent een zekere weemoed. De band imponeert zelden qua snelheid, maar neemt je geslepen bij het nekvel. Luister maar naar de stuwende, draaiende riffs van ‘In Vielistea Uitāii’ dat buiten de afwisselende zang werkelijk pakkende instrumentale (bijna) postrock passages herbergt. De volgende knaller dient zich aan met ‘Descânt’, bekend als single. Elke song is echt een entiteit op zich. Hier gaat men stotend en strak tekeer, weldra zwermen er oosters aandoende klanken doorheen, wat een verheven timbre eraan toevoegt. Het is zelfs het meest catchy nummer van dit album en er komt ook nog een beklijvend gesproken stuk in. Het korte ‘Calea Magilor’ is geënt op percussie met chants, dan komt het orgel invallen en is er zalvende cleane zang. Nog meer fascinatie bij de heldere klanken van weer een lange turf ‘Vraci De Nord’. Hier heerst soms een dreigende, filmische sfeer (begin en einde), daartussen zweept men op met bulderende grunts (denk aan type Moonspell) en serene cleane zang (denk aan Enslaved). De rol van keyboards is opmerkelijk op ‘Har’ en dat horen we goed in het laatste deel van deze song. Eveneens zwevende synthesizers in het middenstuk van ‘Desferecat’, maar de rest is een opzwepende track met percussie voor een aparte ritmiek en stomend van aard. Wij waren ook meteen in de ban van de tokkelende snaarinstrumenten (lier?) welke doorheen ‘De Neam Vergur’ zweven als herkenningspunt.
Deze songs zijn zo subliem opgebouwd. Dit strakke aanstekelijke lange instrumentale gedeelte wordt opgesmukt met heerlijke uitwaaierende klanken en huilende leads. Pas na vijf minuten komen de grunts, later ook cleane zang. Deze song heeft een gitaarsound die ons aan Pink Floyd doet denken. Bedachtzaam, maar nazinderend tot in je tenen. Geheimzinnig wordt er besloten met het korte ‘Vāznesit’ waarin weemoedig neuriën centraal staat, deze plechtige zweeftocht wordt begeleid door orgel. Zoals je merkt gaat dit veel verder dan een potje black metal met wat folkinvloeden kruiden, dit is een spirituele belevenis die je in gedachten naar het land van herkomst brengt in zijn meest pure vorm. Grandioso!