Árstiðir lifsins – Saga á tveim tungum II: Eigi fjǫll né firðir
Ván Records
Release datum: 22 mei 2020
“Een uitdagend kunstwerk voor de meer avontuurlijke beluisteraars van black metal, met de onvoorspelbaarheid van het eiland van vuur en ijs als leidraad. Wederom groot respect voor deze heren!”
Vera Matthijssens I 13 mei 2020
In de lente van 2019 verscheen het eerste deel van deze tweeledige saga ‘Saga á tveim tungum I: Vápn ok viðr’. Árstiðir lifsins is het initiatief van de Duitse Stéfan die zich al jaren in de Noordse poëzie en literatuur van voornamelijk IJsland verdiept. Marsél, als zanger van Helrunar en evenzo taaldeskundige, sloot zich al vlug aan bij hem en dan is er dan ook nog de IJslandse Árni om het drietal te completeren. Nu komt het tweede deel van de saga uit: ‘Saga á tveim tungum II: Eigi fjǫll né firðir’ en dat werd simultaan geschreven en opgenomen in Duitsland en Zweden begin 2018 en in februari 2019 gemixt en gemastered door Markus Stock in Studio E.
We zitten gebeiteld voor vijf kwartier eclectische muziek die varieert van verschroeiende edoch epische black metal, tot ambient sfeerschepping vol atmosferisch mysterie en introverte akoestische momenten met folkloristische inslag. Alle teksten zijn in het Oud IJslands en dit vijfde studioalbum van deze authentieke band vergt dan ook toewijding van de luisteraar vooraleer alle stukjes van de puzzel in elkaar vallen. Ditmaal gaat men van start met twee opvallend serene en atmosferische composities. Ruim tien minuten introspectie met Marsél als gewichtige verteller, atmosferisch met akoestische gitaren en viool. Maar vanaf het derde nummer breekt de black metal furie los in langere composities. Dissonante gitaren, knekelzang, maar voldoende breaks met de verteller en – een ander sterk kenmerk: stoere mannenkoren en verheven samenzang. Dat het voordragen der gedichten een grote rol speelt wordt ook in ‘Um nætr reika skepnr’ geïllustreerd. De stugge riffs in de zesde track zijn erg repetitief en de zang pikt daarop in met een mantra-achtige presentatie. Een bijzonder mooie melodieuze gitaarsolo smukt het vlammende ‘Er hin gullna…’ op dat naar een climax toewerkt op het einde. Dit is muziek waar je de tijd voor moet nemen om erin mee te gaan, maar het dreigende, enge ‘Um nottu…’ is toch wel het meest experimenteel en ontoegankelijk. De bezwerende voordrachtkunst geeft je een bijzonder ongemakkelijk, beklemmend gevoel. Maar vervolgens schittert de band in een mammoetcompositie waarin alle sterke punten van Árstiðir lifsins aan bod komen en dit maar liefst achttien minuten lang.
Een superieur einde van een uitdagend kunstwerk voor de meer avontuurlijke beluisteraars van black metal, met de onvoorspelbaarheid van het eiland van vuur en ijs als leidraad. Wederom groot respect voor deze heren!