Lords of Metal
Arrow Lords of Metal
The Hu – Rumble of Thunder
Better Noise Music
Release datum: 2 september 2022
“‘Rumble of Thunder’ biedt een verfrissende andere kijk op het soms wat conservatieve hardrock genre, maar de romanticus die hoopt op een volledige onderdompeling in een andere, voor ons grotendeels onbekende wereld, zal bedrogen uitkomen. The Hu is meer hardrock dan pure, onverdunde nomaden traditie.”
8.5/10
Jan Simon Hoogschagen I 14 oktober 2022

Jaren geleden zag ik op televisie een bijzondere documentaire. Het moet op een zondagmiddag geweest zijn, want het was het soort langzame t.v. die bij uitstek past bij lome middagen die je het liefst in ledigheid voorbij laat glijden. De documentaire heette ‘Genghis Blues’ en was het verslag van de reis van een blinde Amerikaanse blueszanger van middelbare leeftijd naar het verre en onherbergzame Buiten-Mongolië om daar deel te nemen aan keelzangfestival. Mongoolse keelzang is een bizarre manier van zingen waarbij de zanger bepaalde grondtonen zingt of bromt waarna op een bepaald moment allerlei boventonen boven die basisdrone gaan zweven. Alsof iemand met twee stemmen tegelijk zingt of dat er tijdens het zingen in de keuken een fluitketel gaat meefluiten. Er ging een fascinerende nieuwe wereld voor me open. Ik ontdekte bands als Yat-Kha en Huun Huur Tu die traditionele Tuvaanse en Mongoolse muziek met keelzang voorzichtig combineerden met westerse popmuziek. Wat ik me toen, zo’n twintig jaar geleden, niet meteen realiseerde is dat de verschillende Mongoolse keelzangstijlen eigenlijk uitermate geschikt zijn voor metal. Met name de kargyraa, de stijl waarbij de basis een uitermate lage grom is die lijkt op een buitenaardse vorm van grunten met fluittonen er doorheen, vraagt om een ondersteuning van heavy riffs en blastbeats. Ruim tien jaar geleden deed de Amerikaans-Chinese band Tengger Cavalry baanbrekend werk met een mix van hardrock en traditionele Mongoolse muziek, maar hun werk bleef grotendeels onopgemerkt en underground. Het was pas in 2019 dat vier Mongoolse muzikanten de handschoen en de morin khuur, de traditionele tweesnarige paardenkopviool, oppakten en de wereld via Youtube verblijdden met ‘Yuve Yuve Yu’ en ‘Wolf Totem’. Een hype was geboren en The Hu, want over deze band hebben we het, veroverde de wereld als ware erfgenamen van Genghis Khan. Dat The Hu dit voor elkaar heeft gebokst – in tegenstelling tot de verre voorouders met uitsluitend muzikaal geweld – is op zich niet verwonderlijk want The Hu speelt een aanstekelijke vorm van traditionele heavy metal met een dikke folksaus. De traditionele instrumenten van de vier blikvangers van The Hu en de moderne viermans rockband op de achtergrond vormen mooi een geheel en dat er geen woord te begrijpen is van hetgeen gezongen wordt, ach bij al die Finse en Noorse bands die in hun eigen taal zingen klaagt ook niemand daarover. Of de Britse makers van ‘Pinball Wizard’ en ‘My Generation’ hebben geklaagd over mogelijke naamsverwarring is overigens onbekend.

Na het debuutalbum ‘Gereg’ strandde The Hu tijdens de eerste Coronagolf in Australië en duurde het lang voordat de mannen weer terug konden keren naar Mongolië. Na een tussendoortje in de vorm van een bijdrage voor het Metallica Blacklist album is het dan nu tijd voor album nummer twee. Op ‘Rumble of Thunder’ brengt The Hu geen grote verrassingen, maar de “Hunnu Rock” – de mix van traditionele Mongoolse muziek en moderne rock – wordt overtuigender en krachtiger gebracht. De lengte van het album (70 minuten)  is niet overmatig, er is voldoende afwisseling om elke vorm van verveling te voorkomen. De eerste nummers op het album zijn stevig galopperende rocksongs met wat exotische toevoegingen. Goede songs om al headbangend mee ten strijde te trekken zeg maar. Je ziet het al voor je, zo’n horde woestelingen te paard die onder begeleiding van een paar ziedende solo’s op die tweesnarige viool (nee, geen gitaarsolo dit keer!) je tegemoet komen. ‘Triangle’ begint dan ineens een stuk traditioneler met meerstemmige zang – de moegestreden ruiters zitten na een lange dag in het zadel in de yurt en zetten een oeroud lied in, voor het hardrock achtergrondorkest zich ermee gaat bemoeien. Zo zie ik het in ieder geval voor me. The Hu legt heel slim elk nummer ergens anders de nadruk op, waardoor er voor elk wat wils is. Van ballads tot stevigere uptempo songs en alles wat daar tussen inzit. In ‘Black Thunder’, na ‘This is Mongol’ de tweede single van het album komt dat perfect samen: ingetogen zang, vette riffs en die prettig hysterische viool. Het is een van de betere songs op ‘Rumble of Thunder’ en daarom is het geen straf dat als afsluiter een extra lange extended version op het album is geknald met daarin lekker veel Mongoolse exotica, van mondharp tot boventonenzang onder begeleiding van dreigende onweergeluiden. Geweldig! Naar mate het einde van het album naderbij komt vallen wel een paar dingen op: ‘Rumble of Thunder’ is superprofessioneel geproduceerd, wat helaas betekent dat het wat gladjes is. Verder kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat af en toe wat hip klinkende etnische muzieksoorten in de grote kookpot van The Hu zijn beland die er strikt genomen niet in thuis horen. Maar misschien is dat mijn gebrekkige kennis van de Mongoolse muziekcultuur en verbeeld ik me slechts dat ik Indiaanse powwow en Maori haka’s hoor. Het zijn de opmerkingen van een mierenneuker die graag wat meer van die typische harmonische boventonen en minder hardrock clichés had gehoord. Die boventonen komen behalve in de lange versie van ‘Black Thunder’ langs in ‘Bii Biyelgee’ en ‘Segee’ maar ze zijn een beetje verstopt en duren veel te kort. ‘Rumble of Thunder’ biedt een verfrissende andere kijk op het soms wat conservatieve hardrock genre, maar de romanticus die hoopt op een volledige onderdompeling in een andere, voor ons grotendeels onbekende wereld, zal bedrogen uitkomen. The Hu is meer hardrock dan pure, onverdunde nomaden traditie. Die romanticus moet het doen met de grijsgedraaide dvd van ‘Genghis Blues’ en het authentieker klinkende maar intussen al wat belegen oeuvre van Yat-Kha en Huun Huur Tu. The Hu is misschien een mooie springplank daar naar toe.